Een vraagzin heeft dezelfde volgorde als een gewone zin.
- Vas de vacaciones = jij gaat op vakantie
- ¿Vas de vacaciones? = ga jij op vakantie?
Gebruik je een vraagwoord, dan komt dat vooraan.
- ¿Cuándo sale el autobús? = hoe laat vertrekt de bus
- ¿Adónde vas? = waar ga je heen?