Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Rekenen met Tijd
Slide 1 - Diapositive
Rekenen met Tijd
Planning:
Opdracht samen doen
quiz maken
opdrachten op papier
Slide 2 - Diapositive
Rekenen met tijd
Leerdoelen:
je geeft aan hoe lang iets duurt.
je geeft aan hoe laat het is.
je leert de referentie maten.
Slide 3 - Diapositive
Rekenen met Tijd
Voorbeeld:
Op de wekker zie je hoe laat Kevin opstaat. Schrijf deze tijd in woorden.
Kevin heeft ‘s morgens 40 minuten nodig, voordat hij naar zijn werk vertrekt. Hoe laat vertrekt hij?
Hoelang heeft hij geslapen als hij om 23:00 uur naar bed ging?
Slide 4 - Diapositive
Rekenen met Tijd
Voorbeeld:
Slide 5 - Diapositive
Rekenen met Tijd
Hoe laat moeten zij vertrekken als zij met de trein gaan?
Slide 6 - Diapositive
Schattend rekenen
Als je schattend rekent met tijd, dan bepaal je hoelang iets ongeveer duurt.
Slide 7 - Diapositive
In 1 uur loop je ongeveer
A
5 km
B
10 km
C
15 km
D
50 km
Slide 8 - Quiz
In 1 uur fiets je ongeveer
A
5 km
B
10 km
C
15 km
D
50 km
Slide 9 - Quiz
In 1 uur rijd je met de auto in de stad ongeveer
A
5 km
B
10 km
C
15 km
D
50 km
Slide 10 - Quiz
Je hebt een lekke band en moet 5 km lopen van school naar huis. Het is nu 15.45 uur. Om 16.30 uur komt je tennismaatje je thuis ophalen voor de tennisles. Ben je op tijd thuis?
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quiz
Je moet 5 uur en 30 minuten rijden. Je vertrekt om half zes. Wanner ben je er?
A
12.00
B
11.30
C
11.00
D
12.30
Slide 12 - Quiz
Rekenen met Tijd
Opdracht op papier
Wat: Maak de opdrachten op papier af
Hoe: Lees de vraag en schrijf de berekening op.
Hulp: rekenmachine en klasgenoot.
Tijd: 20 min
Klaar: vergelijk je antwoorden met andere student.