Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Spelling en begrijpend lezen
Welkom hv1e!
Telefoon in hotel.
Zitten volgens de plattegrond
Leesboek op tafel.
Fijn dat je er vandaag bent!
Slide 1 - Diapositive
Pak je leesboek erbij!
Je gaat 10 minuten lezen.
timer
10:00
Slide 2 - Diapositive
Wat gaan we doen vandaag?
Spelling
Tekst lezen
Vragen maken
? Spelletje ?
Slide 3 - Diapositive
Noteer de TT: (worden) jij onmiddellijk misselijk in een achtbaan of (houden) je je hoofd koel?
Slide 4 - Question ouverte
Noteer de TT: Een helm (beschermen) het hoofd van een piloot en (herbergen) communicatieapparatuur.
Slide 5 - Question ouverte
Maak een zin met: 'bestuurd'
Slide 6 - Question ouverte
Noteer de juiste vorm: Ze worden (blootstellen) aan extreme krachten.
Slide 7 - Question ouverte
Kies de vorm met of zonder -n: Sommige(n) dieren lijken haast onkwetsbaar.
A
sommige
B
sommigen
Slide 8 - Quiz
Kies de vorm met of zonder -n: De meeste(n) leerlingen komen op de fiets, slechts een paar komen met de bus.
A
meeste
B
meesten
Slide 9 - Quiz
Kies de vorm met of zonder -n: De twee laatkomers kregen een straf die ze beide(n) niet erg vonden.
A
beide
B
beiden
Slide 10 - Quiz
Kies de vorm met of zonder -n: Om op tijd te komen zijn sommige(n) zeer vroeg van huis gegaan.
A
sommige
B
sommigen
Slide 11 - Quiz
Kies de vorm met of zonder -n: Met z'n alle(n) is een feest leuker dan met een klein groepje.
A
allen
B
alle
Slide 12 - Quiz
Kies de juiste spelling:
A
tween
B
tweeën
C
twee-en
D
tweeen
Slide 13 - Quiz
Kies de juiste spelling:
A
swoensdags
B
s'woensdags
C
's woensdags
D
'z woensdags
Slide 14 - Quiz
Kies de juiste spelling:
A
Fietsleutel
B
Fietssleutel
C
Fietsesleutel
D
Fietstesleutel
Slide 15 - Quiz
Kies de juiste spelling:
A
Meisjesstem
B
Meisjestem
C
Meisjenstem
D
Meidensstem
Slide 16 - Quiz
Kies de juiste spelling:
A
Jazzanger
B
Jazzzanger
Slide 17 - Quiz
Kies de juiste spelling:
A
Prullebak
B
Prullenbak
C
Prulbak
D
Pullenbak
Slide 18 - Quiz
Kies de juiste spelling:
A
Duimschroef
B
Duimsschroef
C
Druimschroef
D
Duimschroev
Slide 19 - Quiz
Kies de juiste spelling:
A
Reuzeleuk
B
Reuzenleuk
Slide 20 - Quiz
Kies de juiste spelling:
A
Beresterk
B
Berensterk
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Diapositive
Een met AI gegenereerde stem vertelt wat de nieuwste aanbiedingen zijn. Deze stem is met behulp van AI ontstaan. Wat betekent genereren?
A
versterken
B
ontwikkelen
C
vergeten
Slide 26 - Quiz
Grote merken zijn hun gebruik van AI in reclameboodschappen aan het omarmen. Stemacteurs zien deze ontwikkeling met lede ogen aan. Ze zijn bang dat dit gevolgen heeft voor hun carrières. Wat betekent met lede ogen aanzien?
A
machteloos en verdrietig toekijken
B
tegen iets gevaarlijks verdedigen
C
iets moois zien kapotgaan en repareren
Slide 27 - Quiz
Aldi zegt dat één AI-stem in alle reclames zowel tijd als kosten bespaart: ‘De klant profiteert daarvan.’ Ook de klanten hebben er baat bij als Aldi op deze manier geld en tijd bespaart. Wat betekent profiteren van?
A
samenwerken met
B
nadeel hebben van
C
voordeel hebben van
Slide 28 - Quiz
AI of kunstmatige intelligentie (KI) is een verzamelnaam voor machines, computers en software die taken kunnen doen waar voorheen menselijke intelligentie voor nodig was. Wat betekent voorheen?
A
momenteel
B
vroeger
C
achteraf
Slide 29 - Quiz
‘De techniek laat het toe, het is relatief goedkoop en reclames kunnen op grote schaal worden gepersonaliseerd. Ze kunnen bijvoorbeeld precies worden aangepast aan het publiek waar het voor bedoeld is.' Wat betekent personaliseren?
A
een vriendelijke manier van communiceren
B
een persoonlijk karakter geven aan iets
C
niet door mensen ontworpen of geproduceerd
Slide 30 - Quiz
Volgens Bayens moeten we leren omgaan met AI en zijn 'de mogelijkheden onbeperkt'. Tegelijkertijd betekent dat ook dat door een gebrek aan regelgeving, bedrijven vrij spel hebben. Omdat er geen regels zijn, bepalen ze zelf wat ze doen. Wat betekent vrij spel hebben?