Grammatik A - F Kapitel 1

Persoonlijk voornaamwoord
Weißt du sie noch?
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Persoonlijk voornaamwoord
Weißt du sie noch?

Slide 1 - Diapositive

jij/je

Slide 2 - Question ouverte

jullie

Slide 3 - Question ouverte

u

Slide 4 - Question ouverte

zij (enkelvoud)

Slide 5 - Question ouverte

wij

Slide 6 - Question ouverte

Werkwoorden
zwakke werkwoordsvervoeging

Slide 7 - Diapositive

jij woont (wohnen)

Slide 8 - Question ouverte

wij werken (arbeiten)

Slide 9 - Question ouverte

jij heet (heißen)

Slide 10 - Question ouverte

Petra kookt (kochen)

Slide 11 - Question ouverte

zij maakt (machen)

Slide 12 - Question ouverte

jullie dansen (tanzen)

Slide 13 - Question ouverte

hij reist (reisen)

Slide 14 - Question ouverte

jullie praten (reden)

Slide 15 - Question ouverte

jij antwoordt (antworten

Slide 16 - Question ouverte

hij landt (landen)

Slide 17 - Question ouverte

werkwoorden
haben en sein

Slide 18 - Diapositive

ik heb

Slide 19 - Question ouverte

jullie zijn

Slide 20 - Question ouverte

u bent

Slide 21 - Question ouverte

zij is

Slide 22 - Question ouverte

jullie hebben

Slide 23 - Question ouverte

het heeft

Slide 24 - Question ouverte

jij hebt

Slide 25 - Question ouverte

ik ben

Slide 26 - Question ouverte

Zahlen bis zum 10.000

Slide 27 - Diapositive

17

Slide 28 - Question ouverte

765

Slide 29 - Question ouverte

537

Slide 30 - Question ouverte

1

Slide 31 - Question ouverte

26

Slide 32 - Question ouverte

Bezittelijk voornaamwoord
mein/dein .... 

Slide 33 - Diapositive

jouw Mann (m)

Slide 34 - Question ouverte

onze Großeltern (mv)

Slide 35 - Question ouverte

mijn Katze (v)

Slide 36 - Question ouverte

jullie Flughafen (m)

Slide 37 - Question ouverte

uw Insel (v)

Slide 38 - Question ouverte

haar Wochenende (o)

Slide 39 - Question ouverte