samenvatten

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
StudielessenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Samenvatten
Hoe meer je moet leren, hoe belangrijker het wordt om een goede samenvatting te maken.

Slide 2 - Diapositive

Waarom dan?
Een samenvatting maken is op zichzelf al een hele goede manier om de lesstof te leren. 
Doordat je heel aandachtig met een tekst bezig bent, leer je direct de inhoud.
Daarbij is het maken van een samenvatting handig voor het later leren. 
Als je een samenvatting hebt gemaakt, hoef je niet steeds de complete tekst te leren, maar gebruik je je eigen samenvatting. 
Hierin staat tenslotte toch vermeld wat de belangrijkste dingen zijn.

Slide 3 - Diapositive

Wat is dan een samenvatting?

Een samenvatting is:
een verkorte weergave ...
in eigen woorden ...
van de hoofdzaken ...
van de oorspronkelijke leerstof.

Slide 4 - Diapositive

Hoe maak je een samenvatting?
Hoe maak je een samenvatting?

  1. Bepaal wat de hoofdzaken en bijzaken zijn.
Wat de hoofdzaken zijn hangt af van je leerdoel en van wat je al weet. Om de hoofdzaken te kunnen onderscheiden moet je kritisch denken over de leerstof aan de hand van de vragen die je jezelf hebtgesteld. De hoofdzaken verwerk je in de samenvatting, de bijzaken laat je weg. Durf te selecteren. Juist het niet onderscheiden van hoofd- en bijzaken is er de oorzaak van dat je de grote hoeveelheid onsamenhangende informatie snel vergeet.

Maak gebruik van de structuur in de leerstof. Vaak kun je die structuur overnemen in de samenvatting.

Formuleer de samenvatting in je eigen woorden. Daarmee dwing je jezelf om de leerstof te lezen, verwerken en begrijpen en je legt zo verbanden met kennis die je al hebt. Het is veel minder nuttig om teksten letterlijk over te nemen.

Slide 5 - Diapositive

Waar vind je ook alweer de hoofdzaken?
Hoofdzaken vind je in de kernzinnen. 
Kernzinnen zijn meestal de eerste, tweede of laatste zin van een alinea/tekst.
Ook signaalwoorden helpen je met het vinden van de belangrijkste informatie. 
Signaalwoorden geven aan wanneer er een voorbeeld gegeven wordt of dat er misschien een uitleg komt.

Slide 6 - Diapositive

We gaan wat doen!
Jullie zijn vast bezig met geschiedenis of aardrijkskunde met een tekst die je moet leren.
We gaan deze tekst op verschillende manieren samenvatten.
Een korte uitleg over de manieren komt nu!

Slide 7 - Diapositive

Manier 1: Schrijven
• Lees de tekst
• Schrijf de hoofdzaken op en evt. enkel belangrijke bijzaken om de hoofdzaken te verduidelijken.
• Geef evt met kleurtjes aan wat de hoofdzaken zijn en waar de uitleg staat.

Slide 8 - Diapositive

Manier 2: Onderstrepen
• Maak een screenshot, een kopietje oid van de tekst die je moet leren.
• Gebruik markeerstiften of andere stiften om de hoofdzaken in de tekst aan te geven.
• Gebruik een andere kleur voor de bijzaken die je nodig hebt om de hoofdzaken te verduidelijken.

Slide 9 - Diapositive

Manier 3: Woordweb/mindmap
• Pak een A-4tje.
• Schrijf de hoofdzaak op en zet er een rondje omheen.
• Schrijf alle zaken die jij belangrijk vindt bij de hoofdzaak om het rondje heen.
• Je kunt met verschillende kleuren werken om aan te geven dat er verschillende hoofdzaken zijn.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Manier 4: Spiekbriefje
• Probeer op je eigen manier een spiekbriefje te maken van de te leren tekst!

Slide 12 - Diapositive

En dan nu:
Je kiest de manier die het beste bij je past  om een samenvatting te maken. Je gaat dan van de tekst die we hebben afgesproken op die manier een samenvatting maken. Je doet dit alleen. Je krijgt een kwartier de tijd.
Ben je klaar met samenvatten? dan  gaan wij flashcards maken van het samengevatte stuk  

Slide 13 - Diapositive

Tijd om te vergelijken.
Ga met de andere leerlingen in een groepje zitten en bespreek de volgende dingen:

Hebben jullie dezelfde inhoud?
Wat ging gemakkelijk?
Wat vond je lastig?
Wat mis je bij jouw methode?
Zou jij zelf deze manier gebruiken?
Zou je deze manieren aan een ander aanraden?

Je krijgt 10 minuten de tijd om deze zaken met elkaar te bespreken. Maak hier aantekeningen bij. Na 10 minuten moet 1 persoon aan de klas vertellen welke manier jullie hebben gebruikt om een samenvatting te maken en wat jullie antwoorden op de bovenstaande vragen waren.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Conclusie?
Welke conclusie kunnen we trekken na het maken van de samenvattingen op verschillende manieren?

Slide 16 - Diapositive

Combineren!
Het beste resultaat krijg je als je verschillende manieren om een samenvatting te maken combineert. Niet iedereen heeft dezelfde stijl. Dat mag!

Slide 17 - Diapositive

Kortom:
Het allerbelangrijkste is dat je in staat bent om de hoofd- van de bijzaken te onderscheiden, zodat je een overzichtelijke samenvatting kunt maken die je kunt gebruiken bij het leren. Oefening baart kunst!

Slide 18 - Diapositive

Studiekaarten/flahcards/syteemkaarten etc

Slide 19 - Diapositive

Studiekaarten/flashcards
Grote stukken tekst (bio, gs, ak)
Begrippen (nl, bio, gs, ak, wi)
Personen (gs, ak)
Jaartallen (gs)
Woordjes (en, fa, nl)
Ene kant vraag/woord, andere kant antwoord/vertaling
Niet moeilijk





Slide 20 - Diapositive

Flashcards: voorbeeld Bio
Schrijf op de ene kant de vraag
Schrijf op de andere kant het antwoord
Welke 4 stoffen maakt een plant van glucose?
Zetmeel
Vetten
Eiwitten
Vitaminen 

Slide 21 - Diapositive

Flashcards: voorbeeld Gs
Schrijf op de ene kant de vraag
Schrijf op de andere kant het antwoord
Wat waren de gevolgen van de tweede wereld oorlog?
60 miljoen doden
dekolonisatie 
koude oorlog
eenwording van Europa

Slide 22 - Diapositive

Flashcards: voorbeeld Bio
Schrijf op de ene kant de vraag
Schrijf op de andere kant het antwoord
Welke 4 stoffen maakt een plant van glucose?
Zetmeel
Vetten
Eiwitten
Vitaminen 

Slide 23 - Diapositive

Flashcards: voorbeeld wiskunde
Wat is een lineaire formule?
Lineaire formules zijn formules die evenredige verbanden beschrijven. Een lineaire formule is een formule die een rechte lijn wordt, zoals bijvoorbeeld: a = 3x + 5. Als je een lineaire formule zou plotten in een grafiek dan is het altijd een rechte lijn

Slide 24 - Diapositive

Flashcards: voorbeeld Engels
Schrijf op de ene kant de vraag
Schrijf op de andere kant het antwoord
Wanneer gebruiken we een present simple?
feiten 
gewoonten 
regelmaat

Slide 25 - Diapositive

Flashcards: voorbeeld Frans
Schrijf op de ene kant de vraag
Schrijf op de andere kant het antwoord
Hond
chienne (v)
chien (m)

Slide 26 - Diapositive

Opdracht
Maak bij 1 vak een set studiekaarten.

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo