Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.
La durée de la leçon est: 10 min
Éléments de cette leçon
Rekenmachine
Slide 1 - Diapositive
De meeste van jullie hebben één van de bovenstaande rekenmachines.
Slide 2 - Diapositive
Breuken op de rekenmachine
Op de rekenmachine hiernaast gebruik je de a b/c knop bij het rekenen met breuken.
De uitkomst is meestal een breuk.
Op de volgende dia zie je hoe je dit kan omzetten naar een decimaal getal.
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Vidéo
Breuken op de rekenmachine
Op de rekenmachine hiernaast gebruik je ook de a b/c knop bij het rekenen met breuken.
De uitkomst is meestal ook een breuk.
Om de breuk om te zetten naar een decimaal getal, kun je ook de instructiefilm op de vorige dia bekijken.
Slide 5 - Diapositive
Breuken op de rekenmachine
Op de rekenmachine hiernaast gebruik je de toets
bij het rekenen met breuken.
De uitkomst is meestal een decimaal getal.
Is de uitkomst een breuk, volg dan de stappen op de volgende dia.
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Breuken op de rekenmachine
Op de rekenmachine hiernaast gebruik je de toets
bij het rekenen met breuken.
Is de uitkomst een breuk dan kun je dit wijzigen door de knoppen format en dan decimaal in te toetsen.
Slide 8 - Diapositive
Breuken op rekenmachine
Op de volgende dia's zie je hoe je kunt rekenen met breuken op verschillende rekenmachines. Kijk welke rekenmachine je hebt en bekijk de juiste instructiefilm.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Slide 11 - Vidéo
Slide 12 - Vidéo
Slide 13 - Vidéo
Vul in op je rekenmachine: Geef als decimaal getal en als breuk
460230
Slide 14 - Question ouverte
Bereken de volgende breuk met je rekenmachine en schrijf als een breuk
154+723
Slide 15 - Question ouverte
Maak van de breuk een decimaal getal. Gebruik de breukentoets op je rekenmachine. Rond af op 2 decimalen: