Ruwvoerwinning niveau 2 en 3 les 1

Techniek ruwvoerwinning niveau 2 en 3 
MLBJ
2024-2025
1 / 53
suivant
Slide 1: Diapositive
VeehouderijMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 53 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Techniek ruwvoerwinning niveau 2 en 3 
MLBJ
2024-2025

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen techniek ruwvoerwinning

Slide 2 - Diapositive

Doel van deze les
Introductie techniek ruwvoerwinning
Hoofdstuk 1 ruwvoerwinning
Opdrachten werkboek hoofdstuk 1

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Hoe zorg je ervoor dat je koeien goed ruwvoer krijgen van eigen land?

Slide 5 - Question ouverte

Waarom ruwvoer winnen?
Waarom is zelf ruwvoer winnen belangrijk?
Goedkoper
Beter voor het milieu
Je weet wat je voert
Alle bovenstaande antwoorden

Slide 6 - Sondage

Welke machine zie je hier?
Wat doet deze machine?

Slide 7 - Question ouverte

Welke machine zie je hier?
Wat doet deze machine?

Slide 8 - Question ouverte

Welke machine zie je hier?
Wat doet deze machine?

Slide 9 - Question ouverte

Hoofdstuk 1
Ruwvoerwinning

Slide 10 - Diapositive

Wat komt er allemaal kijken bij goed gras inkuilen?

Slide 11 - Carte mentale

Melkveehouder
  • Zoveel mogelijk rantsoen van goede kwaliteit voor zijn vee verbouwen

  • Rekening houden met plaatsingsruimte fosfaat uit dierlijke mest en de gebruiksnormen fosfaat en stikstof.
Deze mogen niet worden overschreden

Slide 12 - Diapositive

Wat is een ruwvoer en mest kringloop?

Slide 13 - Question ouverte

Ruwvoer en mest kringloop

Slide 14 - Diapositive

Kringloop
Kringloop mineralen zoveel mogelijk gesloten 

  • Rantsoen bestaat grotendeels uit gras of mais dat op eigen percelen verbouwt wordt.
  • Dit voer wordt gevoerd aan de eigen koeien
  • Het vee produceert mest
  • Mest gaat weer op het land

En zo begint het weer opnieuw
En dat noemen we een kringloop

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Wat houdt grondgebondenheid in eigen woorden in?

Slide 17 - Carte mentale

4 bouwstenen grondgebondenheid

Slide 18 - Diapositive

Bouwsteen 1
  • Minimaal 65% van het eiwit uit het rantsoen komt van je eigen grond of uit de directe omgeving

Slide 19 - Diapositive

Bouwsteen 2
  • Heb je niet genoeg ruwvoer? Dan sluit je een buurtcontract met collega-boer binnen de straal van 20 km voor aanvoer rantsoen of afvoer mest. Dit kan alleen als je al voor minimaal 50% eigen ruwvoer produceert 

Slide 20 - Diapositive

Bouwsteen 3
  • Melkveehouderij beschikt over voldoende grote huiskavel voor beweiding. Er lopen niet meer dan 10 koeien op 1 hectare(streefdoel 2025)

Slide 21 - Diapositive

Bouwsteen 4
  • Je hebt minder behoefte aan eiwitrijke grondstoffen zoals soja en palmproducte en als je krachtvoer inkoopt, komt dat uit Europa. (2025 import 2/3 gedaald) 

Slide 22 - Diapositive

Maak nu de eerste 10  opdrachten van het werkblad.
Ben je klaar

Koffie halen!
timer
0:15

Slide 23 - Diapositive

Antwoorden uitwisselen met je buurman/buurvrouw.

Slide 24 - Diapositive

Opbrengst van de hoeveelheid gras als ruwvoer wordt gerekend in:
A
VEM per hectare
B
droge stof (d.s.) per hectare
C
Droge stof gehalte %
D
Suikers per hectare

Slide 25 - Quiz

Hoeveel ruwvoer kun je gemiddeld van het land halen?
Dit gaat in ton(1000kg) per hectare
A
4-8 ton
B
8-12 ton
C
12-16 ton
D
16-20 ton

Slide 26 - Quiz

Welke manieren van inkuilen van ruwvoer heb je?

Slide 27 - Question ouverte

Slide 28 - Diapositive

Wat is VEM? (Voeder Eenheid Melk)

Slide 29 - Carte mentale

VEM
Voeder Eenheid Melk
- Nederlandse energieparameter van voer
- 1000 VEM = 1 kg gestandaardiseerd gerst

Slide 30 - Diapositive

VEM gras
Voeder Eenheid Melk
Vers gras  heeft een VEM van 900 - 1050 VEM

Schommelt dus tussen de 5 % beter en 10 % minder dan die 1 kg gestandaardiseerde gerst

Slide 31 - Diapositive

Wanneer is de VEM van vers gras het hoogst?
A
Voorjaar
B
Najaar

Slide 32 - Quiz

Maak nu de eerste 10 opdrachten over Ruwvoer en VEM .
timer
0:10

Slide 33 - Diapositive

Antwoorden uitwisselen met je buurman/buurvrouw.

Slide 34 - Diapositive

Waar voor is suiker belangrijk in vers gras?

Slide 35 - Carte mentale

Suikers
- Belangrijke rol in conservering van de graskuil
- Suikers moeten door melkzuurbacterien worden omgezet in melkzuur. Zodat er een stabiele kuil onstaat.


Slide 36 - Diapositive

Suikergehalte in vers gras
Hoogst aan het eind van een zonnige dag
ADVIES: Maai het gras na een aantal zonnige dagen om voldoende suikers in de kuil te krijgen
Waarom komt dit?
Verbranding van de suikers bij koude voorjaarsnacht is laag dus dan zijn veel suikers opgeslagen in het gras

Slide 37 - Diapositive

Eiwit
In het voorjaar vaak hoog eiwitgehalte in het gras.
Hoe harder het groeit(massa) = hoe minder eiwit
Wat jonger gras(eerste snede) = meer eiwit in je kuil
meer eiwit in je kuil = minder eiwitrijke producten aanvoeren
minder eiwitrijke producten aanvoeren = meer geld in de knip!

Slide 38 - Diapositive

Droge stof (d.s.)
Hoeveelheid droge stof.
Is het gras tussen de 20 en 30 cm (2000 kg tot 3000 kg ds) dan kan het gras wel 130 kg d.s. per ha groeien.

Vroeg maaien is dus minder massa in de kuil omdat je dit moment mist.

Slide 39 - Diapositive

Structuur
Structuur in de kuil zorgt voor prikkeling in de pens.
Maai je vroeg -> minder structuur in de kuil
Maai je later -> meer structuur in de kuil

In een rantsoen moet altijd structuur zitten, is de structuur te laag, dan moet je dit aanvullen met een structuurrijk product (stro, hooi)

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Vidéo

Maak nu opdracht 11 t/m 20 van het werkblad.
timer
0:15

Slide 42 - Diapositive

Antwoorden uitwisselen met je buurman/buurvrouw.

Slide 43 - Diapositive

Ik weet nu wat een kringloop is
0100

Slide 44 - Sondage

Ik weet nu wat grondgebondenheid is
0100

Slide 45 - Sondage

Ik weet wat D.S. betekend en hoeveel ik daar van mijn land kan halen
0100

Slide 46 - Sondage

Ik weet nu wat VEM betekend en hoeveel VEM er in vers gras zit
0100

Slide 47 - Sondage

Ik weet het belang van suikers in vers gras en waarom dit belangrijk is
0100

Slide 48 - Sondage

Ik weet wanneer ik het gras moet maaien in verhouding met het eiwit percentage
0100

Slide 49 - Sondage

Ik vond de opdrachten van de werkbladen leuk om te maken
0100

Slide 50 - Sondage

Welk cijfer geef je deze les?

010

Slide 51 - Sondage

Heb je nog tips voor mij om de les nog leuker en interessanter te maken?
Of heb je nog iets anders wat ik beter kan doen tijdens de les?

Slide 52 - Question ouverte

Slide 53 - Vidéo