Werken met een loep en een microscoop

Werken met een loep en een microscoop
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Werken met een loep en een microscoop

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt werken met een loep en een microscoop
  • Je kunt een preparaat maken.

Slide 2 - Diapositive

Microscoop

Slide 3 - Carte mentale

Preparaat

Slide 4 - Carte mentale

Werken met een loep
  • Je kunt het best een loep gebruiken die ongeveer 10 x vergroot.
  • Je moet de loep dicht bij je oog houden.
  • Het voorwerp waar je naar kijkt, moet je naar de loep toe brengen tot je een scherp beeld zien. 

Slide 5 - Diapositive

Cellen bekijken met een microscoop
Om cellen te kunnen zien, heb je een microscoop nodig. Op school werk je met een lichtmicroscoop. In de afbeelding staat wat je kunt zien met een lichtmicroscoop en met het blote oog.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Werken met een microscoop
  • Een microscoop is een duur apparaat. Ga er dus voorzichtig mee om! 
  • Als je met een microscoop gaat werken, begin je altijd met het kleinste objectief.
  • Het kleinste objectief heeft de kleinste vergroting. Je kunt dan gemakkelijk het voorwerp in het preparaat vinden.
  • Ook is er dan weinig kans dat je met het objectief tegen het preparaat aankomt.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Een grotere vergroting

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Preparaten
Met een microscoop bekijk je een preparaat. Een preparaat bestaat uit twee glaasjes:
  • Het grote voorwerpglas.
  • Het kleinere dekglas.
  • Tussen de glaasjes ligt het voorwerp dat je wilt bekijken.
  • Om een preparaat te maken, heb je prepareermateriaal nodig.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive