Present simple vs present continuous
1 / 10
La durée de la leçon est: 40 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Welke zin is juist?
A
They eat fish fingers right now.
B
They are eating fish fingers right now.
Slide 3 - Quiz
Welke zin is juist?
A
They eat fish fingers every Saturday.
B
They are eating fish fingers every Saturday..
Slide 4 - Quiz
Je gebruikt de present continuous als je het hebt over...
A
...feiten.
B
...iets wat nu aan de gang is.
C
...gewoonten.
D
...iets wat regelmatig gebeurt.
Slide 5 - Quiz
Je gebruikt de present simple als je het hebt over...
A
...feiten.
B
...iets wat nu aan de gang is.
C
...gewoonten.
D
...iets wat regelmatig gebeurt.
Slide 6 - Quiz
Welke signaalwoorden zijn typisch voor de present simple?
A
Always, never, sometimes, often...
B
Yesterday, last year, last weekend...
C
Likely, probably, soon...
D
Now, at the moment, today, currently...
Slide 7 - Quiz
Welke signaalwoorden zijn typisch voor de present continuous?
A
Always, never, sometimes, often...
B
Yesterday, last year, last weekend...
C
Likely, probably, soon...
D
Now, at the moment, today, currently...
Slide 8 - Quiz
Ricky Gervais always ............ (to order) fish fingers and beans. He ............ (to eat) them right now. Again!
A
is ordering / eats
B
orders / eats
C
orders / is eating
D
is ordering / is eating
