5 ECONOMIE H5

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

ECONOMIE 5.1

Schrift rekenmachine boek pen Chromebook(dicht)

op tafel

Vandaag

Instructie 5.1

Maken opgaves online 5.1

Leerdoelen 5.1

Je kunt uitleggen wat voor arbeidsmotieven er zijn. 

Je kunt uitleggen hoe de hoogte van je loon bepaald wordt.

Je kunt je nettoloon berekenen.

Je kunt het verschil tussen wit, grijs en zwart werk uitleggen.

Je kunt uitleggen wat het minimumloon is.

Je kunt uitleggen wat voor arbeidsmotieven er zijn.

- Waarom werken? 

Je kunt uitleggen wat voor arbeidsmotieven er zijn.

Waarom werken:
- Geld 

- Contact met mensen 

- Dingen leren 

- zinvol bezig zijn

Je kunt uitleggen hoe de hoogte van je loon bepaald wordt.

Welke factoren spelen een rol?

- minimumloon 

Je hebt een baan (sociaal werker)

- Je zit in de CAO sociaal werk. 

- Je baas bied je schaal 6 trede 3 aan. 

- Hoeveel ga je verdienen?

Zoek de salaris tabel van de CAO op.

Je kunt je nettoloon berekenen.

Brutoloon = Wat op je arbeidsovereenkomst staat.

Nettoloon = Wat je op je bank gestort krijgt.

Wat is het verschil?!  >>>  inhoudingen:

loonbelasting/sociale premie

- Je kunt het verschil tussen wit, grijs en zwart werk uitleggen.

- Wat is zwartwerken?

Huiswerk 5.1 (controleer jezelf op leerdoelen)

Je kunt uitleggen wat voor arbeidsmotieven er zijn.

Je kunt uitleggen hoe de hoogte van je loon bepaald wordt.

Je kunt je nettoloon berekenen.

Je kunt het verschil tussen wit, grijs en zwart werk uitleggen.

Je kunt uitleggen wat het minimumloon is.

ECONOMIE 5.2

Schrift rekenmachine boek pen Chromebook(dicht)

op tafel

Gister 

Controle vraag: Je verdiend het minimum loon van €1851,67 op basis van fulltime dienstverband (36 uur). Je werkt 20 uur in de week de sociale premies zijn €35 je betaald 36,7% loon belasting. Bereken je maandsalaris.

Gister Antwoord

€ 1851,67 = (36 uur)

€ 1028,71 = 20 uur 

€ 1028,71 / 100 * 36,7% = € 377,54 loonbelasting

Antwoord = 1028,71 - 35 - 377,54 = 616,17

Leerdoelen 5.2

• Je kunt de productiesectoren noemen en herkennen.
  
• Je kunt uitleggen wat arbeidsverdeling is.
  
• Je kunt uitleggen wat een zelfstandige, eenmanszaak en een zzp’er is.
  
• Je kunt de kenmerken van een vof benoemen.
  
• Je kunt het verschil uitleggen tussen een nv en een bv.

Je kunt de productiesectoren noemen en herkennen.

Primaire sector: Landbouw, visserij, grondstoffen winnen

secondaire sector: industrie bouw en ambacht

tertiaire sector: commerciële dienstverlening: winkels/banken

quartaire sector:  niet commerciële dienstverlening: onderwijs zorg en overheidsinstellingen

wat is een voorbeeld van de primaire, secondaire tertiaire en quartaire sector

wat is een voorbeeld van de primaire, secondaire tertiaire en quartaire sector

wat is een voorbeeld van de primaire, secondaire tertiaire en quartaire sector

wat is een voorbeeld van de primaire, secondaire tertiaire en quartaire sector

Arbeidsverdeling

Verschillende taken op school:

docenten, onderwijs ondersteuners, directie, schoonmakers, conciërge. 

Noem een voorbeeld van arbeidsverdeling in een bouwbedrijf.

Rechtspersonen

De meeste mensen zijn in loondienst bij een bedrijf, maar...

- Eenmanszaak (ZZP)

- Vof (vennootschap onder firma)

- NV (Naamloze vennootschap)

- BV (Besloten vennootschap)

Huiswerk 5.2

- Je kunt de productiesectoren noemen en herkennen.

- Je kunt uitleggen wat arbeidsverdeling is.

- Je kunt uitleggen wat een zelfstandige, eenmanszaak en een zzp’er is.

- Je kunt de kenmerken van een vof benoemen.

- Je kunt het verschil uitleggen tussen een nv en een bv.

ECONOMIE 5.3

Schrift rekenmachine boek pen Chromebook(dicht)

op tafel

Examen jaren

Afspraken: 

Luisteren

Spullen mee (rekenmachine schrift pen en Chromebook)

Vandaag

Doe je mee op de arbeidsmarkt 5.3

Vorige week Leerdoelen 5.1

Je kunt uitleggen wat voor arbeidsmotieven er zijn. 

Je kunt uitleggen hoe de hoogte van je loon bepaald wordt.

Je kunt je nettoloon berekenen.

Je kunt het verschil tussen wit, grijs en zwart werk uitleggen.

Je kunt uitleggen wat het minimumloon is.

Vorige week Leerdoelen 5.2

• Je kunt de productiesectoren noemen en herkennen.
  
• Je kunt uitleggen wat arbeidsverdeling is.
  
• Je kunt uitleggen wat een zelfstandige, eenmanszaak en een zzp’er is.
  
• Je kunt de kenmerken van een vof benoemen.
  
• Je kunt het verschil uitleggen tussen een nv en een bv.

Vorige week

Controle vraag: Je verdiend het minimum loon van €1851,67 op basis van fulltime dienstverband (36 uur). Je werkt 20 uur in de week de sociale premies zijn €35 je betaald 36,7% loon belasting. Bereken je maandsalaris.

Leerdoelen 5.3

• Je kunt uitleggen wat arbeidsmarkt en werkgelegenheid is.
• Je kunt uitleggen wanneer je bij de beroepsbevolking hoort.
• Je kunt uitleggen waar de wet gelijke behandeling voor bedoeld is.
• Je kunt uitleggen wat arbeidsparticipatie is.

Je kunt uitleggen wat arbeidsmarkt en werkgelegenheid is.

Kan de baas de medewerkers vinden die hij nodig heeft?

 

Kan jij een baan vinden? 

Je kunt uitleggen wanneer je bij de beroepsbevolking hoort.

De beroepsbevolking is: alle mensen in Nederland die:

• werken of opzoek zijn naar werk
• 15 tot pensioen (67 en 3 maanden)

Je kunt uitleggen waar de wet gelijke behandeling voor bedoeld is.

Voorkomen dat mensen voorgetrokken worden op gebied van:

- Geslacht

- Religie 

- Leeftijd 

- afkomst

Opgave 16 in het boek blz. 133

klaar maken opgave 5 (blz. 152)

Huiswerk 5.3

• Je kunt uitleggen wat arbeidsmarkt en werkgelegenheid is.
  
• Je kunt uitleggen wanneer je bij de beroepsbevolking hoort.
  
• Je kunt uitleggen waar de wet gelijke behandeling voor bedoeld is.
  
• Je kunt uitleggen wat arbeidsparticipatie is.

ECONOMIE 5.4

Schrift rekenmachine boek pen Chromebook(dicht)

op tafel

Examen jaren

Afspraken: 

Luisteren

Spullen mee (rekenmachine schrift pen en Chromebook)

Vandaag

instructie

maken 5.4 

Leerdoelen 5.4

• Je kunt uitleggen wat de gevolgen zijn als je werkloos wordt.
  
• Je kunt uitleggen wat het UWV voor je kan doen als je werkloos bent.
  
• Je kunt uitleggen wat conjuncturele werkloosheid is.
  
• Je kunt uitleggen wat structurele werkloosheid is.
  
• Je kunt het verschil uitleggen tussen frictiewerkloosheid, seizoenwerkloosheid en regionale werkloosheid.

Je kunt uitleggen wat de gevolgen zijn als je werkloos wordt.

inschrijven bij het UWV

Geen loon > uitkering 

UWV helpt je bij solliciteren 

Soorten werkloosheid

Conjuncturele werkloosheid.

Structurele werkloosheid.

Frictiewerkloosheid.

Seizoenwerkloosheid. 

Regionale werkloosheid.

Huiswerk 5.4

• Je kunt uitleggen wat de gevolgen zijn als je werkloos wordt.
  
• Je kunt uitleggen wat het UWV voor je kan doen als je werkloos bent.
  
• Je kunt uitleggen wat conjuncturele werkloosheid is.
  
• Je kunt uitleggen wat structurele werkloosheid is.
  
• Je kunt het verschil uitleggen tussen frictiewerkloosheid, seizoenwerkloosheid en regionale werkloosheid.

ECONOMIE 

Schrift rekenmachine boek pen Chromebook(dicht)

op tafel

Vandaag 

- Kort herhalen verzekeringen 

- Toets bespreken 

- Leren voor de Toets

Verzekeringen

- AVP (aansprakelijkheidsverzekering particulieren

- Opstalverzekering

- Inboedelverzekering 

- Allrisk verzekering

- Cascoverzekering

- WA verzekering 

- Zorgverzekering (basis)

- Zorgverzekering (aanvullend)

Toets H3 bespreken

Leren voor de toets

- Begrippen leren 

- Rekenopgave oefenen

- Oefen opgaven maken 

- Oefen toets maken