Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 120 min
Éléments de cette leçon
Programma
Lesdoelen
Theorie sociale problematiek
Video
Afsluiting
Slide 1 - Diapositive
Lesdoelen
Je kunt uitleggen wat sociale problematiek is
Je kunt een voorbeeld geven van sociale problematiek
Je kunt uitleggen hoe sociale problematiek ontstaat
Slide 2 - Diapositive
1. Wat is de definitie van eenzaamheid?
Slide 3 - Question ouverte
"Eenzaamheid is het subjectief ervaren van een onplezierig of ontoelaatbaar gemis aan (kwaliteit van) bepaalde sociale relaties. Eenzaamheid is subjectief, niet iedereen die weinig sociale contacten heeft voelt zich daar onprettig bij."
Slide 4 - Diapositive
2. Wat is het verschil tussen sociale en emotionele eenzaamheid?
Slide 5 - Question ouverte
Sociale eenzaamheid: Als de cliënt minder sociale contacten heeft dan hij fijn vindt. Dit heeft te maken met de hoeveelheid van de contacten.
Emotionele eenzaamheid: Als de cliënt een hechte, emotionele band mist met de mensen om zich heen. De cliënt kan dus veel sociale contacten hebben, maar diepgang en een emotionele connectie missen met mensen om zich heen.
Slide 6 - Diapositive
3. Wat is een externe oorzaak van eenzaamheid?
A
Somberheid en verslaving
B
Overlijden en verhuizing
Slide 7 - Quiz
4. Wat kan een gevolg zijn van eenzaamheid?
A
Fysieke klachten en somberheid
B
Verlegenheid en wantrouwen
Slide 8 - Quiz
Waar denk je aan bij de term sociale problematiek?
Slide 9 - Carte mentale
Sociale problematiek
Onder het begrip 'sociale problematiek' vallen verschillende problemen:
Armoede
Eenzaamheid
Laaggeletterdheid
Discriminatie
Werkloosheid
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Sociale problematiek = maatschappij
Sociale problematiek kan niet gemakkelijk worden opgelost, want de problematiek hangt samen met het functioneren van onze maatschappij.
Met andere woorden: hoe onze maatschappij is ingericht zorgt voor sociale problemen. Bijvoorbeeld: als je niet werkt, heb je geen geld = armoede.
Als onze maatschappij anders zou zijn ingericht ontstaan er andere problemen. Bijvoorbeeld: Japan.
Slide 12 - Diapositive
Kenmerken
Het is geen individueel probleem, maar de problematiek betreft kleine of grote groepen mensen in de maatschappij.
De problematiek is vaak – maar niet altijd – het gevolg van een achterstelling in de maatschappij.
Bij sociale problematiek is er een vergroot risico op allerlei andere problemen.
Slide 13 - Diapositive
Generatieproblematiek
Slide 14 - Diapositive
Armoede
De Verenigde Naties omschrijven armoede als “het niet kunnen voorzien in de eerste levensbehoeften”.
We spreken in Nederland over absolute armoede als mensen leven onder de lage-inkomensgrens en niet beschikken over (gezond) voedsel, huisvesting, toegang tot gezondheidszorg (bv. een zorgverzekering) of geen mogelijkheden hebben om verder te leren na de verplichte schoolperiode.
Slide 15 - Diapositive
Relatieve armoede verwijst naar de levensomstandigheden van een individu of groep in verhouding met zijn/haar omgeving.
Sociale armoede betekent dat mensen niet mee kunnen doen aan het normale maatschappelijk leven omdat er geen geld is voor een sportclub of vereniging, voor schoolactiviteiten of bijvoorbeeld voor toegang tot internet.
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Vidéo
Oorzaken
Werkloosheid
Verslaving
Psychische gesteldheid
Arbeidsongeschiktheid
Echtscheiding
Schulden.
Generatie problematiek
Slide 18 - Diapositive
Hoe kun je als hulpverlener mensen begeleiden die in armoede leven?
Slide 19 - Question ouverte
Hulp en advies
Toon begrip (schaamte)
Regie bij client laten (ondersteunen, niet overnemen)