3V - Les 46 - STG

3V4/1 - 11 de febrero, 2022 - STG
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

3V4/1 - 11 de febrero, 2022 - STG

Slide 1 - Diapositive

Programa
  1. Planning periode 3
  2. Woordenlijst 2.3
  3. Leestekst voor SO dinsdag
  4. Gerundio VS Perfecto
  5. Verschil tussen Qué en Cuál
  6. Deberes

Slide 2 - Diapositive

Planning periode 3
SO voca + lezen - Formatief --> Dinsdag 15 februari
SO Unidad 2 (boek 2) - Summatief 2x --> Vrijdag 18 maart
TAALDORP - 4/5 april - Summatief 4x -->Maandag 4 april en dinsdag 5 april


timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Vocabulario 2.3
1 el consejo 2 la cuenta 3 el refresco
4 resistir 5 la lechuga 6 el huevo
7 el jamón 8 por supuesto 9 el helado 10 elegir
Gebruik in je antwoord alleen spaties!
timer
4:00

Slide 4 - Question ouverte

Leestekst voor SO dinsdag
Stap 1: ga naar online leergang Paso Adelante
Stap 2: Ga naar boek 2 --> Hoofdstuk C2 
Stap 3: Ga naar C Leer
Stap 4: Maak opdracht 9A t/m 11E
Stap 5: Controleer jezelf na het geven van elk antwoord

Slide 5 - Diapositive

Gerundio vs. Perfecto

Slide 6 - Diapositive

¿Qué están haciendo estas personas?

Slide 7 - Question ouverte

Hoe zeg je in het Spaans:
'Hij is aan het koken?'
A
Está cocinando.
B
Esta cocinando.
C
Cocina.
D
Está cocinado

Slide 8 - Quiz

Zou je het verschil kunnen aangeven tussen.....
De Gerundio en de  Presente Perfecto?


Slide 9 - Diapositive

GERUNDIO
PRESENTE PERFECTO
ESTAR
HABER
Net gebeurd
op dit moment
-IDO
-ANDO
-ADO
-IENDO
LEYENDO
VUELTO

Slide 10 - Question de remorquage

KUN JE DEZE WERKWOORDEN IN DE GERUNDIO OPSCHRIJVEN?
1 hacer ( yo) 5 decir (ella)
2 comer ( nosotros) 6 ver (tú)
3 quedar (él) 7 ganar (ellos)
4 llegar (vosotras) 8 afeitarse (yo)

Slide 11 - Question ouverte

SCHRIJF DE ZELFDE WERKWOORDEN NU IN DE PRESENTE PERFECTO
1 hacer ( yo) 5 decir (ella)
2 comer ( nosotros) 6 ver (tú)
3 quedar (él) 7 ganar (ellos)
4 llegar (vosotras) 8 vestirse (yo)

Slide 12 - Question ouverte

Deberes
(Af)maken: groene boekje pagina 97 - 102/ ejercicio 41-49
Leren: Woordenlijst 2.1/2.2/2.3 (NL--> SP)
                        + roze werkwoordenblad WW 25-50 (SP --> NL)

Slide 13 - Diapositive