signaalwoorden, tekstverbanden, indeling, tekstdoelen
1 / 25
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Lien
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Tekstdoel?
Slide 7 - Question ouverte
Tekstdoel?
Slide 8 - Question ouverte
Tekstdoel?
Slide 9 - Question ouverte
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Doordat Ilse een enge film had gekeken, durfde ze niet meer in het donker te fietsen.
A
tijdvolgorde
B
tegenstelling
C
oorzaak-gevolg
D
reden
Slide 15 - Quiz
Eerst bereikten de Nederlandse voetbalvrouwen de kwartfinale, daarna gingen ze door naar de halve finale en vervolgens wisten ze de finale te winnen!
A
tijdvolgorde
B
tegenstelling
C
oorzaak-gevolg
D
reden
Slide 16 - Quiz
Veel jongeren willen graag in de vakantie wat bijverdienen, maar ze vinden niet elke klus aantrekkelijk.
A
tijdvolgorde
B
tegenstelling
C
voorbeeld
D
reden
Slide 17 - Quiz
Je kunt afspraken voor een reis vast laten leggen in een reisovereenkomst. Denk aan het aantal excursies dat je per week wil doen.
A
tijdvolgorde
B
tegenstelling
C
voorbeeld
D
opsomming
Slide 18 - Quiz
Voor een cake heb je nodig; bloem, boter, suiker, een ei en bakpoeder.
A
tijdvolgorde
B
tegenstelling
C
voorbeeld
D
opsomming
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Wat heb je deze les geleerd?
