Nakijken schrijfstijl & oefentoets

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Welkom bij Nederlands!

Pak vast je leesboek

Vandaag

• Lezen
• Proeftoets Schrijfstijl nabespreken
• Extra oefenen
• Afsluiting

Lezen

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Periode 1

• Schrijfstijl 8 november

Verder:

• Leesvaardigheid oefenen
• Schrijfvaardigheid oefenen
• Literatuur behandelen

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Uitleg
• Oefeningen
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Doelen

• Je hebt je werk nagekeken
• Je weet waar je aan moet werken of op moet letten

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Dossier/nakijk
• Blooket
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Schrijfdossier

Zorg ervoor dat je alle zes de opdrachten in je schrijfdossier hebt.

Klaar?

Kiezen:

• Nakijken
• Lezen in je boek
  

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Dossier/nakijk
• Blooket
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

De zes opdrachten

Dit zijn de opdrachten:

1. Twee e-mailtjes over de boeken
2. Tekst Fietsersbond
3. Ikje
4. Analyse van je eigen schrijfstijl
5. Beschrijving filmpje
6. Vervolgalinea's schrijven voor een van de vier teksten.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Dossier/nakijk
• Blooket
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Schrijfdossier

Zorg ervoor dat je alle zes de opdrachten in je schrijfdossier hebt.

Klaar?

Kiezen:

• Nakijken overige vragen
• Lezen in je boek
  

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Dossier/nakijk
• Blooket
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Nakijken

Pak al je werk erbij.

Je krijgt nakijkbladen.

Kijk zichtbaar na. 

Laat het aan mij zien.

Klaar? 
Lees je boek of vul Hebban in de klas aan.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Dossier/nakijk
• Blooket
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Blooket

Doe mee met de Blooket!

Het gaat over schrijfstijl.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Dossier/nakijk
• Blooket
• Afsluiting
  

• 
  

Lesdoel

• Je hebt geoefend met leesvaardigheid.
  
• Je hebt geoefend met taalvaardigheid.

Vandaag

• Lezen
• Info
• Beschouwing
• Afsluiting

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Kwizl

Ga naar:

Kwizl.eu

Log in met Microsoft

Klascode = C29PQA 

Twee keuzes:

• Meisjes = leesvaardigheid
• KbT1 Big data = taalverzorging

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• 
  

Kwizl

Cijfer komt met nulweging in Magister.

Ga je de 'toets' uit, krijg ik een melding.

Vragen kun je laten voorlezen, tekst niet.

Meerdere cijfers - elke maand eentje.

Kijk serieus na - ik kijk mee.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
  
• Kwizl
• Afsluiting

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Kwizl

Twee keuzes:

• Meisjes = leesvaardigheid
• KbT1 Big data = taalverzorging

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• 
  

Lesdoel

• Je hebt geoefend met leesvaardigheid.
  
• Je hebt geoefend met taalvaardigheid.

Vandaag

• Lezen
• Info
• Beschouwing
• Afsluiting

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Kwizl

Ga naar:

Kwizl.eu

Log in met Microsoft (!!!)

Klascode = C29PQA 

Twee keuzes:

• Meisjes = leesvaardigheid
• KbT1 Big data = taalverzorging

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Dus...

Je doet het volgende:

1. Je kijkt je Schrijfstijlopdrachten na
2. Je maakt je schrijfdossier compleet
3. Je leest je boek OF maakt een Kwizl-toets

Wat ga jij doen?

Succes!

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Doelen

• Je hebt je werk nagekeken
• Je weet waar je aan moet werken of op moet letten
• Je weet hoe je ervoor staat met leesvaardigheid of taal 

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Doelen

• Je hebt de proeftoets gemaakt.
• Je weet hoe de toets eruit gaat zien.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Proeftoets

Je maakt alle vragen.

Klaar?

Je kunt je boek gaan lezen.

Vandaag

• Info
• Proeftoets

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Doelen

• Je hebt de proeftoets gemaakt.
• Je weet hoe de toets eruit gaat zien.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Doelen

• Je weet hoe je de proeftoets hebt gemaakt.
• Je hebt je proeftoets verbeterd.
• Je hebt geoefend met de onderdelen waar je (nog) niet zo goed in bent.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Proeftoets

Een aantal zaken zijn nog niet zo goed gegaan.

Kijk eerst zelf je toets even door.

Daarna geef ik uitleg over bepaalde onderdelen.

Ten slotte ga je oefenen met de onderdelen waar je nog niet zo goed in bent.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Taalgebruik

Ik geef uitleg per onderdeel van het taalgebruik dat niet zo goed ging.

Als eerste: bij sommigen worden er geen (duidelijke) hoofdletters, punten en komma's gebruikt.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Taalgebruik

Ik geef uitleg per onderdeel van het taalgebruik dat niet zo goed ging.

Als eerste: bij sommigen worden er geen (duidelijke) hoofdletters, punten en komma's gebruikt.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Andere - anderen

Of vele - velen, sommige - sommigen, ...

In het algemeen kun je zeggen dat je met anderen alleen naar personen kunt verwijzen.

De leerlingen leverden hun werkstuk bijna allemaal in, maar enkele hadden een dag uitstel gekregen. 

(=‘enkele leerlingen’; leerlingen staat vlakbij)

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Komma's

1. Wanneer je twee zinnen samenvoegt, gebruik je een komma.
2. Tussen twee persoonsvormen plaats je een komma.
3. Voor verbindingswoorden zoals maar, nadat, omdat, terwijl, want: Ik heb honger, maar ik mag pas eten in de pauze.
4. Bij een opsomming plaats je komma's.
5. Na een uitspraak of een naam.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Woordvolgorde

Je kunt twee zinnen aan elkaar plakken met maar, en, of, want & dus ( M.E.O.W.D.). Het onderwerp staat daarna op de eerste en de persoonsvorm op de tweede plaats.

Voorbeeld: Ik wil het museum bezoeken, maar het regent vandaag.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

er/hier/bij & voorzetsel

In de regel worden ze aaneengeschreven als ze direct op elkaar volgen en als het eerste deel er, hier, daar of waar is.

(1) Het boek ligt op tafel. Het boek ligt erop.

(2) Hij rende daarheen.

(3) Waarover hebben jullie gesproken?

(4) Hij kroop hieronderdoor.

(5) Nog een strik eromheen, en het cadeautje is klaar.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Supergoede spelling!

Met super kun je in het Nederlands ontelbaar veel samenstellingen vormen: superleuk, supermooi, superinteressant, superchic, enz. enz. 

Het tweede deel kan ook een zelfstandig naamwoord zijn: superervaring, supermacht, supertanker, enz. 

In bijvoorbeeld super-interessant en super-ervaring kun je een streepje voor de duidelijkheid invoegen. 

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Alinea's

Gebruik alinea's.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Oefenen

Kijk naar je oefentoets en kijk op welke onderdelen je het nog niet zo goed doet.

Je hebt de volgende mogelijkheden:

• Oefenen op Kwizl.eu voor spelling (verschillende)
• Oefenen op Cambiumned voor stijlfiguren (staat in Magister huiswerk).
• Heb je Leestekens 1 in Kwizl staan? Dan moet je daarmee beginnen.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting
  

• Info
• Uitleg Woordenschat
• Opdracht Woordenschat maken
• Vragen?
• Verder werken
• Afsluiting
  

Doelen

• Je weet hoe je de proeftoets hebt gemaakt.
• Je hebt je proeftoets verbeterd.
• Je hebt geoefend met de onderdelen waar je (nog) niet zo goed in bent.

Vandaag

• Lezen
  
• Info
• Nakijken
• Keuze
• Afsluiting