6.3 Licht en kleur

Programma 3/6
  • Startopdracht (herhaling 6.2)
  • Nakijken 6.1 + 6.2 (10 min)
  • Opdrachten 6.3 maken (15 min)
  • Uitleg 6.3 (10 min)
  • LessonUp quiz 6.2 + 6.3 

1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Programma 3/6
  • Startopdracht (herhaling 6.2)
  • Nakijken 6.1 + 6.2 (10 min)
  • Opdrachten 6.3 maken (15 min)
  • Uitleg 6.3 (10 min)
  • LessonUp quiz 6.2 + 6.3 

Slide 1 - Diapositive

Wat je vandaag gaat leren:
  1. Uit welke kleuren wit licht bestaat.
  2. Dat een prisma wit licht kan splitsen in verschillende kleuren (een kleurenspectrum).
  3. Waarom wij kleuren zien.
  4. Wat er met kleur gebeurt als je er gekleurd licht op laat vallen.

Slide 2 - Diapositive

1 Regenboog
Zo'n kleurenband als in de regenboog heet spectrum. 

Het spectrum heeft altijd dezelfde volgorde. 

Slide 3 - Diapositive

2 Kleurenspectrum wit licht

Slide 4 - Diapositive

Wit licht bestaat dus uit alle kleuren van de regenboog!

Geldt dit ook andersom? Geven alle kleuren samen wit?


Slide 5 - Diapositive

Prisma

Slide 6 - Diapositive

Zakspectroscoop
Met een zakspectroscoop kun je de samenstelling van licht onderzoeken.

Slide 7 - Diapositive

Een regenboog ontstaat 
doordat regendruppels 
het zonlicht in verschillende 
kleuren splitsen.
Blauw breekt meer dan rood.

Kleuren van de regenboog:
Rood       • Oranje      • Geel      • Groen      • Blauw      • Violet

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Zo kun je tekenen hoe een lichtstraal teruggekaatst wordt.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

6.3 Het licht van lampen
  • Er zijn lampen die maar één kleur licht geven. 
  • Voorwerpen die de kleur licht van de lamp terug kunnen kaatsen, zie je in de kleur van de lamp.
  • Voorwerpen die de kleur licht van de lamp niet terug kunnen kaatsen, zie je in de kleur zwart.

Slide 12 - Diapositive

6.3 Het licht van lampen
Voorwerpen die de kleur licht van de lamp terug kunnen kaatsen, zie je in de kleur van de lamp.

Voorwerpen die de kleur licht van de lamp niet terug kunnen kaatsen, zie je in de kleur zwart.

Slide 13 - Diapositive

ledverlichting /  natriumlamp

Slide 14 - Diapositive

6.3 Natriumlampen
In straatlantaarns worden soms natriumlampen gebruikt, die zuiver geel licht geven. Een witte trui en een gele trui lijken onder een natriumlamp allebei geel. Het gele licht van de natriumlamp wordt door de twee truien grotendeels teruggekaatst. 
 
Als je een paarse trui bekijkt onder een natriumlamp, lijkt hij zwart. Dat komt doordat de paarse trui voornamelijk paars licht terugkaatst. Het gele licht van de natriumlamp wordt bijna helemaal geabsorbeerd. De trui kaatst dus zo goed als geen licht terug, waardoor hij zwart lijkt.

Slide 15 - Diapositive

Wit licht en het spectrum

Alle kleuren in het witte licht noem je het spectrum

Dit kan een prisma laten zien

Met een zakspectroscoop kun je de samenstelling van licht onderzoeken.

Slide 16 - Diapositive

Verschillende soorten lampen
Lampen bevatten verschillende soorten licht

TL lamp veel groen en violet

Gloeilamp meer rood dan zonlicht

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Kleuren zien
  • Voorwerpen absorberen alles behalve eigen kleur
  • Het licht dat  niet wordt teruggekaatst wordt geabsorbeerd (omgezet in warmte).
  • Wit absorbeert niets en weerkaatst alles
  • Zwart absorbeert alles, daarom ook warm

Slide 19 - Diapositive

Gekleurde voorwerpen zien

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Hoe zien we kleur?
- Een blauw voorwerp weerkaatst 
   alleen blauw licht en absorbeert 
   de rest
- Een wit voorwerp absorbeert geen 
   kleuren
- Een zwart voorwerp absorbeert alle 
   kleuren.

Slide 22 - Diapositive

Als je door een rode filter naar een blauwe trui kijkt, dan zie je het als zwart.

Slide 23 - Diapositive

Kleuren zien

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

zcac

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Wat ga je nu doen?
  • Nakijken 6.1 + 6.2 (5 min)
  • Theorie 6.3 lezen (blz. 74-76)
  • Opdrachten 6.3 maken  Opdracht 1 t/m 10 (20 min)
  • Nakijken 6.3 (3 min)
  • LessonUp quiz 6.2 + 6.3 (7 min)

Slide 28 - Diapositive

Wat ga je nu doen?
Lees 6.3 + maak opgave 1 t/m 5 
Klaar? Maak opgave 8 t/m 10

Slide 29 - Diapositive

Gekleurde lampen

  • Zenden maar 1 kleur uit
  • Straatlantaarns gebruiken natriumlampen
  • Natriumlamp geeft geel licht
  • Bij andere kleur dan de kleur van de lamp lijkt het zwart

Slide 30 - Diapositive

In de afbeelding zie je hoe een spiegel een lichtstraal gericht terugkaatst.
Welke hoek is de hoek van inval?
A
hoek A
B
hoek B
C
hoek C
D
hoek D

Slide 31 - Quiz


De schaduw aan de linker- en rechterkant van de groene lijn noem je ...?
A
Kernschaduw
B
Lichtschaduw
C
Halfschaduw
D
Randstralen

Slide 32 - Quiz

Wat weet je van de afstand tussen het spiegelbeeld en de spiegel en het afstand tussen het voorwerp en de spiegel?
A
Van spiegelbeeld is groter
B
Van voorwerp is groter
C
Even groot

Slide 33 - Quiz

Hoe heet de lijn die loodrecht op de spiegel staat?
A
De normaal
B
Hoek van inval
C
Hoek van terugkaatsing
D
geen idee

Slide 34 - Quiz

Hoe heet de hoek tussen de lichtstraal die naar de spiegel toe gaat en de normaallijn?
A
hoek van binnenkomst
B
hoek van inval
C
hoek van uitval
D
hoek van aankomen

Slide 35 - Quiz

Zet de woorden op de juiste plaats
Hoek van inval
Spiegel
Hoek van terugkaatsing
Inkomende lichtstraal
De normaal
Teruggekaatste lichstraal

Slide 36 - Question de remorquage

Als hoek A 40 graden is, hoe groot is hoek B dan?
A
60 graden
B
20 graden
C
40 graden
D
80 graden

Slide 37 - Quiz

Een lamp is op een witte muur gericht. De ruwe muur weerkaatst het licht.
Er is hier sprake van ...
A
Absorptie
B
Spiegeling
C
Spiegelende terugkaatsing
D
Diffuse terugkaatsing

Slide 38 - Quiz

Waarmee kun je het spectrum laten zien?
A
Trapezium
B
Driehoek
C
Kubus
D
Prisma

Slide 39 - Quiz

Hoe noem je alle kleuren van de regenboog samen?
A
Praxis
B
Spektakel
C
Prisma
D
Spectrum

Slide 40 - Quiz

Het licht van een gloeilamp voelt 'warmer' aan. Welke kleur zit hier meer in?
A
Geel
B
Groen
C
Rood
D
Violet

Slide 41 - Quiz

Iemand draagt een rode trui. Welk kleur wordt het meeste weerkaatst?
A
Geel
B
Rood
C
Groen
D
Violet

Slide 42 - Quiz

Een zwarte trui wordt erg warm in de zon, dit komt omdat zwart beter isoleert
A
Juist
B
Onjuist

Slide 43 - Quiz

Hoe komt het dat zwart warmer wordt in het zonlicht?
A
Het absorbeert alle kleuren
B
Het weerkaatst alle kleuren

Slide 44 - Quiz

Iemand loopt in een paarse trui onder geel licht. Welke kleur lijkt de trui te hebben?
A
Paars
B
Geel
C
Rood
D
Zwart

Slide 45 - Quiz

De rood wit blauwe (Nederlandse) vlag wordt bekeken onder rood licht. Welke kleuren zie je?
A
Rood wit blauw
B
Rood zwart zwart
C
Zwart blauw blauw
D
Rood rood zwart

Slide 46 - Quiz

Wat ga je nu doen?
Lees 6.3 + maak opgave 1 t/m 5 
Klaar? Maak opgave 8 t/m 10

Slide 47 - Diapositive

Check

  • Uit welke kleuren bestaat wit licht?
  • Wat doet een prisma en wat laat het zien?
  • Hoe kan het dat wij kleuren zien?
  • Wat gebeurt er met een kleur als je er gekleurd licht op laat vallen?

Slide 48 - Diapositive