2mh 12de editie H4.1

4.1
Planning
- Voorkennis
- Uitleg + oefenen
- aan de slag

1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

4.1
Planning
- Voorkennis
- Uitleg + oefenen
- aan de slag

Slide 1 - Diapositive

Aan het eind van deze les

  • kun je procentuele afname en toename berekenen

Slide 2 - Diapositive

Voorkennis

Slide 3 - Diapositive

Hoe heet deze tabel?
A
Procententabel
B
Verhoudingstabel
C
Prijsentabel
D
Informatietabel

Slide 4 - Quiz

Procentuele toename



We willen namelijk het verschil weten ten opzichte van de oude prijs.
Want 10 euro bovenop iets van 20 euro is heel veel,
maar 10 euro bovenop iets van 10000000 euro is niet veel

Slide 5 - Diapositive

Procentuele afname



We willen namelijk het verschil weten ten opzichte van de oude prijs.
Want 10 euro korting op iets van 20 euro is heel veel,
maar 10 euro korting op iets van 10000000 euro is niet veel

Slide 6 - Diapositive

Berekening hierbij
Optie 1: Procententabel
- maak een procententabel. Altijd eerst naar 1 toe
Voorbeeld vraag: Een jas kost nieuw 20 euro. Hij is nu in de korting voor 15 euro. Hoeveel korting krijg je?



Optie 2: Formule invullen
%
100
5
25
20
1
5

Slide 7 - Diapositive

Samen oefenen
Een tas kost 120 euro. Hij wordt 10% duurder. Hoeveel kost hij nu

Slide 8 - Diapositive

Samen oefenen
Een tas kost 120 euro. Hij wordt 10% duurder. Hoeveel kost hij nu

%
100

Slide 9 - Diapositive

Samen oefenen
Een tas kost 120 euro. Hij wordt 10% duurder. Hoeveel kost hij nu

%
100
120

Slide 10 - Diapositive

Samen oefenen
Een tas kost 120 euro. Hij wordt 10% duurder. Hoeveel kost hij nu?

%
100
110
120
?

Slide 11 - Diapositive

Samen oefenen
Een tas kost 120 euro. Hij wordt 10% duurder. Hoeveel kost hij nu?

%
100
1
110
120
?

Slide 12 - Diapositive

Samen oefenen
Een tas kost 120 euro. Hij wordt 10% duurder. Hoeveel kost hij nu?

%
100
1
110
120
1,2
?

Slide 13 - Diapositive

Samen oefenen
Een tas kost 120 euro. Hij wordt 10% duurder. Hoeveel kost hij nu?

%
100
1
110
120
1,2
132

Slide 14 - Diapositive

Een televisie kost zonder korting €360,-. Je krijgt €108,- korting.
Hoeveel procent korting krijg je?
timer
1:00
A
70%
B
75%
C
25%
D
30%

Slide 15 - Quiz

Bereken de korting in €.
Marianne krijgt 70 % korting
op een trui €4o,oo
Hoeveel korting krijgt ze?
timer
1:00
A
€7,00
B
€17,00
C
€28,00
D
€2,80

Slide 16 - Quiz

Op een fiets van €350 krijg je 15% korting. Hoeveel € is de korting?
timer
1:00
A
€35
B
€52,50
C
€70

Slide 17 - Quiz

Evalueren: ik kan met een procententabel rekenen
A
Ja ik snap alles en kan zelfstandig werken en alles goed maken!
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen om het beter te kunnen. Dat lukt zelf.
C
Ik denk dat ik het wel snap, maar ik wil graag nog een som voorgedaan zien.
D
Help me, ik snap er echt helemaal niks van en wil graag samen oefenen!

Slide 18 - Quiz

Huiswerk voor de volgende les
Opdracht 2 t/m 9

Slide 19 - Diapositive