2.3 De erfenis van de Verlichting VI/ A5 1

- Wat is het grootste verschil in opvattingen tussen de liberalen en sociaal democraten?
- Wat is het grootste verschil in opvattingen tussen de communisten en sociaal democraten?

1 / 20
suivant
Slide 1: Question ouverte
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

- Wat is het grootste verschil in opvattingen tussen de liberalen en sociaal democraten?
- Wat is het grootste verschil in opvattingen tussen de communisten en sociaal democraten?

Slide 1 - Question ouverte

2.3 - De erfenis van de Verlichting - V

Slide 2 - Diapositive

Huiswerk
Tabel-> stromingen:
- liberalisme
- nationalisme

Slide 3 - Diapositive

Vraag 7a
  • Leg uit waarom Marx teleurgesteld zal zijn geweest over de afloop van de revoluties van 1848.
  • De revoluties leidden niet tot de opheffing van de verschillen tussen arm en rijk. De gegoede burgerij kreeg invloed op het bestuur en kon zo zijn belangen behartigen, maar de arbeidersklasse kreeg nog steeds geen politieke invloed.

Slide 4 - Diapositive

In 1830 en 1848 waren liberale opstanden geweest, maar voor de arbeiders veranderde er eigenlijk niks...

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Bekijk het filmpje en beantwoord de volgende vragen:
- Wat is het grootste verschil in opvattingen tussen de liberalen en sociaal democraten?
- Wat is het grootste verschil in opvattingen tussen de communisten en sociaal democraten?


Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Leg uit waardoor het marxisme en nationalisme elkaars 'aartsvijanden' waren

Slide 10 - Question ouverte

Ook anarchisten streefden naar een revolutie voor een klasseloze samenleving
Dit moest een spontane actie zijn, in tegenstelling tot een strak georganiseerde beweging van arbeiders als kern van de revolutie, zoals Marx wilde.

Slide 11 - Diapositive

Wat te doen?
I. Vul het schema politieke stromingen verder in 
(socialisme)
II.  Klaar? Lees blz. 290 t/m 292 en maak vragen 9 t/m 13

Slide 12 - Diapositive

Het ontstaan van het feminisme
Net als het socialisme was dit een emancipatiebeweging
Onder meer door het burgerlijk gezinsideaal kreeg het feminisme lang weinig aanhang

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Wat was een gevolg van de deelname van vrouwen aan het arbeidsproces tijdens de Eerste Wereldoorlog in verschillende Westerse landen?
A
De eerste feministische golf
B
De tweede feministische golf
C
vrouwen werden voor de wet handelingsbekwaam
D
de invoering van vrouwenkiesrecht

Slide 15 - Quiz

Wat GEEN doel dat feministen wilden bereiken tijdens de eerste feministische golf (+/- 1850-1940)
A
invoering vrouwenkiesrecht
B
scholing voor vrouwen
C
recht op abortus
D
verbod prostitutie

Slide 16 - Quiz

Heb je vragen over het socialisme en/of feminisme?

Slide 17 - Carte mentale

Vraag 7a
  • Leg uit waarom Marx teleurgesteld zal zijn geweest over de afloop van de revoluties van 1848.
  • De revoluties leidden niet tot de opheffing van de verschillen tussen arm en rijk. De gegoede burgerij kreeg invloed op het bestuur en kon zo zijn belangen behartigen, maar de arbeidersklasse kreeg nog steeds geen politieke invloed.

Slide 18 - Diapositive

Het ontstaan van het feminisme
Net als het socialisme was dit een emancipatiebeweging
Onder meer door het burgerlijk gezinsideaal kreeg het feminisme lang weinig aanhang

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive