Psychiatrische zorg - Angststoornissen

Psychiatrische zorg - Angststoornissen
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Psychiatrische zorg - Angststoornissen

Slide 1 - Diapositive

In deze les...
  • Introductie angststoornissen
  • In groepjes aan de slag met diagnose
  • Quiz
  • Zelfstandig werken

Slide 2 - Diapositive

Angststoornis

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Vidéo

Welke angststoornissen ken jij?

Slide 5 - Question ouverte

Soorten angststoornis
Sociale angststoornis
Agorafobie
Obsessief-compulsieve stoornis
Posttraumatische stressstoornis
Specifieke fobie
Gegeneraliseerde angststoornis
Claustrofobie
Paniekstoornis

Slide 6 - Diapositive

Opdracht in drietallen
  1. Leg in eigen woorden uit wat deze angststoornis betekend.
  2. Zoek uit welke symptomen passen bij deze angststoornis.
  3. Zoek uit welke behandelingen (therapie) passen bij deze angststoornis.
  4. Zoek een kort filmpje uit die de uitleg van deze angststoornis ondersteunen.
  5. Na 15 min presenteren aan de klas.





Slide 7 - Diapositive

Hoe wordt agorafobie ook wel genoemd?
A
Pleinvrees
B
Sociale fobie
C
Beide bovenstaande
D
Geen van bovenstaande

Slide 8 - Quiz

De meeste mensen die een angststoornis krijgen zijn tussen de .....
A
5 en 25 jaar
B
25 en 45 jaar
C
45 en 65 jaar
D
65 en 85 jaar

Slide 9 - Quiz

Eva heeft een angststoornis. Zij maakt zich extreem zorgen over haar werk en haar gezondheid, terwijl hier geen reden voor is.
A
Sociale fobie
B
Specifieke fobie
C
Gegeneraliseerde angststoornis
D
Obsessieve compulsieve stoornis

Slide 10 - Quiz

Wanneer is sprake van een paniekstoornis?
A
Als paniekaanvallen vaker dan één keer voorkomen
B
Als paniekaanvallen in de familie voorkomt
C
Als paniekaanvallen het dagelijks leven belemmeren

Slide 11 - Quiz

Marieke krijgt plotseling, zonder aanleiding, te maken met extreme angst om dood te gaan.
A
Sociale fobie
B
Stress stoornis
C
Paranoïde fobie
D
Paniekaanval

Slide 12 - Quiz

Welk medicijn heeft de voorkeur voor de behandeling van angststoornissen?
A
Kalmeringsmiddelen zoals oxazepam
B
Antidepressiva uit de SSRI groep
C
Antidepressiva uit de TCA groep

Slide 13 - Quiz