Groepsdynamica les 3

Verschillende leeftijden
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
VaktheorieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Verschillende leeftijden

Slide 1 - Diapositive

Herhalen van vorige keer

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je al van groepsvorming? Gebruikt steekwoorden en voorbeelden.

Slide 3 - Carte mentale

Kat uit de boom kijken
'machtsstrijd'
Normen vastgesteld
Samenwerken
Afscheid
Forming
Storming
Norming
Performing
Adjourning

Slide 4 - Question de remorquage

Vanaf hoeveel personen ben je een groep?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 5 - Quiz

Geef een voorbeeld van disfunctionele rollen.

Slide 6 - Question ouverte

indeling in levensfasen
Baby:  (0-1.5 jaar)
peuter: (1.5 - 4 jaar)
kleuter: (4-6 jaar)
Schoolkind: (6-12 jaar)
Jongere: (12-25 jaar)
volwassene: (25-67 jaar)
oudere: (vanaf 67 jaar)

Slide 7 - Diapositive

Verschillende leeftijden

Slide 8 - Diapositive

indeling in levensfasen
Prepuberteit (9-12 jaar) 
Puberteit (12-16 jaar)
Adolescentie: (16-21 jaar)
De jongvolwassenheid  (21-40 jaar)
De middelbare leeftijd ( 40-55 jaar)
De vroege ouderdom (55-65 jaar)

Slide 9 - Diapositive

Puberteit en adolescentie 
Puber: 12-16
adolescent: 16-21

Veel veranderingen zowel lichamelijk (van kind naar volwassene, puberteit) als geestelijk( in de adolescentiefase).

Slide 10 - Diapositive

Wat weet jij nog uit je puberteit wat veranderde?

Slide 11 - Question ouverte

Ontwikkeling pubers
1. Verschil in lichaamsbouw
2. Sportdeelname ( Prestatie minder belangrijk)




Slide 12 - Diapositive

Aanbieden van sport- en bewegingsactiviteiten.
- Betrek de pubers bij de organisatie van je les of training. 
- Inspraak op je training.
- Praat na met je sporters. 
- Uitleg waarom je bepaalden oefeningen doet. 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Volwassenheid en ouderdom
Verstandelijk: nieuwe vakken op school, andere manier van leren, studeren.

Abstract denken: dingen die je niet ziet, maar wel kunt snappen
(oorlog, milieu)
mening vormen, zwart-wit denken. Het is zo! 
Adolescent: het zou kunnen, maar aan de andere kant....

Slide 15 - Diapositive

Wat is volwassen?

Slide 16 - Diapositive

Wanneer zou jij jezelf als volwassen omschrijven?

Slide 17 - Question ouverte

Kenmerken volwassenheid
Zelfstandig
Verantwoordelijkheid kunnen dragen 
Duurzame relaties kunnen aangaan en onderhouden
Inhoud aan het eigen leven kunnen geven. 

Slide 18 - Diapositive

Sportprestaties. 
Bij sporten waar het uithoudingsvermogen een doorslaggevende factor is (bv. wielrennen, roeien, lange afstandslopen) ligt de piekleeftijd tussen de 25 en 28 jaar. Bij zeer technische sporten zoals gymnastiek zien we dat een groot deel van de deelnemers een stuk jonger zijn (18 – 20 jaar).

Slide 19 - Diapositive

ontwikkeling ouderen
Bij oud zijn denken mensen vaak aan:
aftakeling, ziekte en eenzaamheid.
tussen 67 jaar en 80, actieve ouderdom (als er geen gebreken zijn) en van 80 jaar tot 100 en daarboven intensieve ouderdom. (ouderen zijn meer afhankelijk van zorg).

Slide 20 - Diapositive

Begeleiding van ouderen
Heb geduld. Probeer je in te leven.
Alles gaat trager, ouderen zijn eerder moe omdat de zintuigen achteruit gaan.
Pas je aan, leg alles wat je doet rustig uit.
Wees beleefd, spreek mensen aan met "u" en meneer en mevrouw. 

Slide 21 - Diapositive

Mikken 
Balanceren
Klimmen
Zwaaien
springen
Over de kop gaan
Hardlopen
Jongleren
Doelspelen


tikspelen
Stoeispelen
Bewegen op muziek

Slide 22 - Diapositive