Nederlands & leenwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo, mavo
• Leerjaar 3

Nederlands & leenwoorden

Leerwerktraject

Leerdoelen

• Ik weet wat leenwoorden zijn.
  
• Ik kan minimaal vier leenwoorden noemen. 
• Ik kan een leenwoord herkennen in een zin. 
• Ik begrijp de betekenis van verschillende woorden uit teksten.
  
• Ik begrijp de betekenis van verschillende uitdrukkingen.
  

Wat zijn leenwoorden?

• Sommige woorden en werkwoorden die wij gebruiken, komen uit een andere taal. 
• We noemen dit leenwoorden. 

Bijvoorbeeld:

• Engels: plastic, computer, daten, team
• Frans: cadeau, bagage, ambulance
• Duits: sowieso, schnitzel 

Welke leenwoorden ken je nog meer?

Leenwoorden

Uit welke taal komt het volgende leenwoord denk je: 'flat'.

1. Engels
2. Duits
3. Frans
4. Latijn

Uit welke taal komt het volgende leenwoord denk je: 'chauffeur'

1. Engels
2. Duits
3. Frans
4. Latijn

Uit welke taal komt het volgende leenwoord denk je: 'aquarium'

1. Engels
2. Duits
3. Frans
4. Latijn

Hoe zit dat met werkwoordspelling bij Engelse werkwoorden?

• Bij het werkwoord saven eindigt de stam op een -e
• -> save (spreek uit: seef)
• De v van save zit niet in het 'T KoFSCHiP X  
• Daarom krijg je in de verleden tijd -de of - den

Ik save                           Ik savede                    Ik heb gesaved

Hij savet                       Wij saveden

Extra!

Ik weet wat leenwoorden zijn.

😒🙁😐🙂😃

Ik kan vier voorbeelden noemen van leenwoorden.

😒🙁😐🙂😃

Ik kan een leenwoord herkennen in een zin.

😒🙁😐🙂😃

Einde van de LessonUp