Oefentest dichtheid

Oefentest dichtheid
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Oefentest dichtheid

Slide 1 - Diapositive

De dichtheid van ijs is
____ dan de dichtheid
van water





















































































































De dichtheid van ijs is ....... dan de dichtheid van water.
A
GROTER
B
KLEINER

Slide 2 - Quiz

De dichtheid van de badeend is ...... de dichtheid van water
A
groter dan
B
kleiner dan
C
gelijk aan
D
Dat kun je niet zien

Slide 3 - Quiz

De dichtheid van de sleutel is ......... dan/als de dichtheid van water
A
Groter
B
Kleiner
C
Gelijk
D
Geen idee

Slide 4 - Quiz

Grootheden
Eenheden
Massa
Volume
Dichtheid
m
L
cm3
g
p
ρ
V
g/cm3

Slide 5 - Question de remorquage

Sleep de  beschrijving naar het juiste woord
Drijven
Zweven
Zinken
De dichtheid van een voorwerp is kleiner dan de dichtheid van een vloeistof
De dichtheid van een voorwerp is groter dan de dichtheid van een vloeistof
De dichtheid van een voorwerp is even groot als de dichtheid van een vloeistof

Slide 6 - Question de remorquage

grootheid
symbool
eenheid
afkorting

massa

V
gram per kubieke centimeter

Alle grootheden en eenheden overzichtelijk bij elkaar:
                                                  
 
 

volume
gram
m
kubieke centimeter
g
g/cm3
dichtheid
ρ
cm3

Slide 7 - Question de remorquage

wel een stofeigenschap
geen stofeigenschap
kleur
geur
smeltpunt
kookpunt
massa
volume
dichtheid
fase bij kamertemperatuur
temperatuur
oplosbaarheid in water
oplosbaarheid in olie

Slide 8 - Question de remorquage

=
dichtheid=volumemassa
volume
massa
dichtheid
/
*

Slide 9 - Question de remorquage

Een blok aluminium heeft een massa van 150 gram en een volume van 50 cm³. Bereken de dichtheid van het aluminium.
A
3g/cm3
B
4g/cm3
C
7g/cm3
D
9g/cm3

Slide 10 - Quiz

Een bol diamant heeft een volume van 10 cm³. Als de massa van de diamant 35 gram is, wat is dan de dichtheid van diamant?
A
3,5 g/cm³
B
3,2 g/cm³
C
3,7 g/cm³
D
3,3 g/cm³

Slide 11 - Quiz

Een kubusvormig blok beton heeft een massa van 900 gram. Als de dichtheid van beton 2,3 g/cm³ is, wat is dan het volume van het blok?
A
375,3 cm³
B
402,6 cm³
C
320,3 cm³
D
391,3 cm³

Slide 12 - Quiz

Een stuk titanium heeft een massa van 125 gram en een volume van 30 cm³. Bereken de dichtheid van titanium.
A
4,17 g/cm³
B
4,56 g/cm³
C
4,05 g/cm³
D
4,26 g/cm³

Slide 13 - Quiz

Een bol van nikkel heeft een volume van 200 cm³. Als de dichtheid van nikkel 8,91 g/cm³ is, wat is dan de massa van de bol?
A
1522 g
B
1782 g
C
1892 g
D
900 g

Slide 14 - Quiz

Een rechthoekig blok zink heeft een volume van 40 cm³. Als de massa van het blok 285 gram is, wat is dan de dichtheid van zink?
A
7,125 g/cm³
B
5,598 g/cm³
C
7,695 g/cm³
D
9.356 g/cm³

Slide 15 - Quiz

Een stuk lood heeft een dichtheid van 11,34 g/cm³ en een volume van 25 cm³. Bereken de massa van het lood.
A
289,5 g
B
283,5 g
C
287,5 g
D
290,5 g

Slide 16 - Quiz

Een kubus van tin heeft een massa van 90 gram. Als de dichtheid van tin 7,29 g/cm³ is, wat is dan het volume van de kubus?
A
12,33 cm³
B
9.7 cm³
C
16.23 cm³
D
14.25 cm³

Slide 17 - Quiz

Een cilinder van goud heeft een massa van 400 gram en een dichtheid van 19,32 g/cm³. Wat is het volume van de cilinder?
A
16.82 cm³
B
19.7 cm³
C
20,69 cm³
D
23.68 cm³

Slide 18 - Quiz

Een blokje koper heeft een dichtheid van 8,96 g/cm³ en een volume van 75 cm³. Bereken de massa van het koperblokje.
A
652 g
B
762 g
C
236 g
D
672 g

Slide 19 - Quiz