4 et 6/10

H4 le 4/10
programme aujourd'hui : 
- uitleg PO semaine deel 1
- weektaak deze week : training leesvaardigheid
    vandaag :  blz 30 en 32
- controle weektaak  38


weektaak deze week 40: 
  zelfstandig ; blz 30 en 32/ 86 en 87
  leren ; unité 1 : 101 en 102, leren grammaire I/II/III

but : bon début PO /  entrainement  TW1/ training LEVA





1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

H4 le 4/10
programme aujourd'hui : 
- uitleg PO semaine deel 1
- weektaak deze week : training leesvaardigheid
    vandaag :  blz 30 en 32
- controle weektaak  38


weektaak deze week 40: 
  zelfstandig ; blz 30 en 32/ 86 en 87
  leren ; unité 1 : 101 en 102, leren grammaire I/II/III

but : bon début PO /  entrainement  TW1/ training LEVA





Slide 1 - Diapositive

PO
unité 1 : menu au choix 3

Slide 2 - Diapositive

TW1 : kennistoets & lecture 

1. Oriënterend lezen: titel, afbeeldingen -> onderwerp en soort tekst
2. Globaal lezen: inleiding, slot, tussenkopjes, eerste en laatste zin alinea's -> wie/waarover, wat, waar, wanneer, waarom, hoe
3. Intensief lezen: gehele tekst (je hoeft niet alle woorden te kennen om de tekst te begrijpen)

Slide 3 - Diapositive

Leesstrategie W W W W W H
Over Wie/Waarover gaat het?
Wat gebeurt er?
Waar gebeurt het?
Wanneer gebeurt het?
Waarom gebeurt het?
Hoe gebeurt het?
> Antwoord op deze vragen = de GROTE LIJN

Slide 4 - Diapositive

Zet de signaalwoorden in de juiste volgorde
Signaalwoorden (mots connecteurs)
d'abord
ensuite
enfin

Slide 5 - Question de remorquage

Traduis les connecteurs
ook
ten eerste
inderdaad
ongetwijfeld
zelfs
dus
aussi
d'abord
en effet
sans aucun doute
même
donc

Slide 6 - Question de remorquage

Welke 2 signaalwoorden geven een tegenstelling aan?
A
cependant, par contre
B
enfin, en général
C
avant de, après
D
tout de suite, pendant que

Slide 7 - Quiz

Wat is de functie van het signaalwoord:

en résumé
A
uitbreiding / opsomming
B
gevolg
C
conclusie
D
doel

Slide 8 - Quiz

Welke toon is niet positief?
A
Admirateur
B
Convaincu
C
Fier
D
Chagrin

Slide 9 - Quiz

à vous 
récapitulons.....
PO / lecture
travailler sur les textes page 30/31
controle 'weektaak' 38
à vous maintenant :  travailler sur la présentation (menu au choix 3)



Slide 10 - Diapositive

controle weektaak 38
25/26 déja en classe
Exercice 27 – mise en route ~ vocabulaire
a le répondeur / b répondre   / c passe le bac
d je suis désolé(e) / e j’ai envie de / f réfléchir

1 J’ai envie de / 2 réfléchir / 3 passe le bac
4 Je suis désolé(e) / 5 répondeur
Woord dat over is: répondre

g bientôt / h près  /  i à l’étranger   / j non plus
k hebdomadaire  / l venir de  / 6 hebdomadaire  / 7 bientôt
8 vient d’  / 9 à l’étranger  / 10 non plus
Woord dat over is: près




Exercice 30 – comment dire?     Dialogue 1
1A, 2B, 3B
Dialogue 2   1 espagnol italien  / 2 mercredi lundi
3 minuit midi / 4 donner laisser / 5 pizzeria restaurant
Dialogue 3
1 J’ai habité aux Etats-Unis pendant trois ans.
2 Il fait très beau aujourd’hui.
3 On se voit à cinq heures moins le quart devant le lycée?
Exercice 31 – reconstruire
2 Je m’appelle ...
4 Je suis ici avec mes parents, mon frère et ma sœur. Comment tu t’appelles? Tu as quel âge?
6 Où habites-tu?
8 Je viens de rentrer des Etats-Unis. J’habite à Bordeaux. Donne-moi le numéro de ton portable.
10 Mon numéro, c’est le zéro six cinquante-sept trente et un soixante-seize quatre-vingt-onze.
12 Peut-être ce soir à la terrasse du camping. Il fait très beau.
14 Salut. A ce soir.




Slide 11 - Diapositive

cours de 6/10
- controle tekst leesvaardigheid page 30/31
- à vous : page 86/87
- début PO

Slide 12 - Diapositive