4.3 Afstand, tijd diagrammen

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

4.3 Afstand,tijd-diagram

Voor vandaag

• Uitleg bij 4.3 
• Opdrachten maken bij 4.3
• Kahoot 
• Lesafsluiting

Leerdoelen bij 4.3

Je leert

• hoe je een beweging in een diagram kunt weergeven
• hoe je aan het diagram kunt zien hoe de snelheid veranderd
• hoe je de snelheid kan bepalen uit een diagram

Leerdoel: je leert hoe je een beweging in een diagram kunt weergeven

Beweging wielrenner

• Wielrenner moet opstarten, snelheid omhoog
• Stoppen voor stoplicht, snelheid omlaag
• Tegen een berg op fietsen, snelheid omlaag
• Van een berg af fietsen, snelheid omhoog 

 

Waar hangt de snelheid vanaf?

Antwoord = afstand en tijd 

Afstand, tijd-diagram

• Laat op elk tijdstip zien welke afstand is afgelegd
  
• Afstand op verticale as
• Tijd op horizontale as 

Metingen 

• De computer op de fiets heeft een klok en een gps.
  
• De klok meet de tijd en de gps meet op elk tijdstip de afstand die de wielrenner heeft afgelegd.

Tabel maken

• Gegevens van de computer op de fiets in een tabel. 
• Bovenin de tabel staat de grootheid en de eenheid en daaronder de getallen. 

Van tabel naar diagram

• Diagram vaak gegeven
• Teken de gegevens van de tabel over als stipjes in het diagram
• Trek daarna een lijn door de stipjes 

Van tabel naar diagram

1. Zet de grootheden en eenheden bij de assen
2. Verdeel de assen gelijk.
3. De gegevens uit de tabel zet je
   

       in een diagram.

Leerdoel: je leert hoe je aan het diagram kunt zien hoe de snelheid veranderd

Afstand, tijd- diagram aflezen

• Wanneer is de snelheid 0?
• Wanneer is de snelheid groot?
• Wanneer is de snelheid klein? 

Snelheid = 0 (stilstaan)

• Als de grafiek horizontaal loopt. 
• Afstand veranderd niet met de tijd 

Snelheid groot

• Als de grafiek steil omhoog loopt 
• In een bepaalde tijd wordt er een grote afstand afgelegd

Snelheid klein

Als de grafiek weinig omhoog loopt.

• In een bepaalde tijd wordt geen grote afstand afgelegd

Lijn gaat wel omhoog, niet zo steil als bij de vorige dia. 

Samenvatting aflezen diagram

• Als de grafiek horizontaal loopt, dan is de snelheid nul.
  
• Als de grafiek zeer steil omhoog loopt, dan is de snelheid groot.
  
• Als de grafiek weinig steil omhoog loopt, dan is de snelheid klein.

Wat nu te doen

• KL: maak opdracht 38 t/m 44 van 4.3 in je werkboek
• BL: maak opdracht 48 t/m 55 van 4.3 in je werkboek
• Overleggen met degene naast je
• Klaar? Laat dit aan mij zien

Pas opruimen als ik het aangeef!

Leerdoelen bij 4.3

Je leert

• hoe je een beweging in een diagram kunt weergeven
• hoe je aan het diagram kunt zien hoe de snelheid veranderd
• hoe je de snelheid kan bepalen uit een diagram

Einde van de les

• Huiswerk KL: maak opdracht 38 t/m 44 van 4.3 in je werkboek
  
• Huiswerk BL: maak opdracht 48 t/m 55 van 4.3 in je werkboek
• Volgende les gaan we verder met rekenen in grafieken bij 4.3

Je mag je spullen inpakken en pas gaan als de bel gaat!

Les 2 van 4.3

Afstand, tijd- diagrammen

Voor vandaag

• Vorige les 
  
• Verdere uitleg bij 4.3 
• Opdrachten maken bij 4.3
• Klassikaal opdracht uitleg
• Lesafsluiting

Ga nu naar LessonUp

Ga naar de klas toe!

Nog niet in de klas? Voer code links onderin in

Ik heb mijn B boek van NaSk overal nog!

1. Ja die heb ik
2. Nee die heb ik niet meer
3. Weet ik niet, ik ga thuis kijken

Leerdoelen bij 4.3

Je leert

• hoe je een beweging in een diagram kunt weergeven
• hoe je aan het diagram kunt zien hoe de snelheid veranderd
• hoe je de snelheid kan bepalen uit een diagram

Wat is de formule om de snelheid te berekenen? (Snelheid = ......)

Een formule 1 auto legt 12 km af in 0,4 uur. Bereken de snelheid in km/u

1. 4,8 km/u
2. 30 km/u
3. 0,033 km/u

De snelheid van een auto is 108 km/h.
Hoe groot is de snelheid in m/s?

1. 108 x 3,6 = 389 m/s
2. 108 : 10 = 10,8 m/s
3. 108 : 3,6 = 30 m/s

Wat moet je altijd op de horizontale as zetten bij een afstand,tijd-diagram?

1. De afstand
2. De tijd

In de figuur zie je een afstand-tijd-diagram.

Wat voor beweging zie je hier?

1. hoge snelheid
2. kleine snelheid
3. snelheid van 0

Wie heeft de grootste snelheid?

1. Carmen
2. Louise

Van tabel naar diagram

1. Zet de grootheden en eenheden bij de assen
2. Verdeel de assen gelijk.
3. De gegevens uit de tabel zet je
   

       in een diagram.

Wat kun je met een afstand, tijd- diagram?

• Overzicht van beweging --> afstand en tijd
• Snelheid bepalen 

Leerdoelen bij 4.3

Je leert

• hoe je een beweging in een diagram kunt weergeven
• hoe je aan het diagram kunt zien hoe de snelheid veranderd
• hoe je de snelheid kan bepalen uit een diagram

Leervraag: hoe kan ik de snelheid bepalen uit een diagram?

Welke auto gaat sneller?

Snelheid = aftand : tijd

Verschil snelheid en gemiddelde snelheid 

Voorbeeld met snelheid van een auto 

• Snelheid = de snelheid waarmee de auto beweegt op een bepaald moment. 
• Gemiddelde snelheid = welke afstand heeft de auto afgelegd over een bepaalde tijd?

Gemiddelde snelheid bepalen

• Met begin- en eindpunt van grafiek
• Tocht stopt na 6 uur, dan 50 km afgelegd

• Snelheid = afstand : tijd

Tijd = 6 uur en afstand = 50 km. Wat is de snelheid?

Gemiddelde snelheid bepalen

• Vraag = wat is de gemiddelde snelheid voor de eerste 2 uur?
• Tijd = 2 uur en afstand = 20 km

Tijd = 2 uur en afstand = 20 km. Wat is de snelheid?

Gemiddelde snelheid bepalen

• Over hele tijd gemiddeld 8,3 km/h
• Eerste 2 uur gemiddeld 10 km/h 
• Kan je dit verklaren?

Beweging beschrijven

• A- B: snelheid is groot
• B-C: snelheid is 0
• C-D: snelheid is groot (nog groter dan bij A-B) 

Wat nu te doen

• Maak de opgaven bij 4.3 (hw = alle opgaven van 4.3 af) 
• (Voor vandaag had je 38 t/m 44 af MOETEN hebben)
• Kijk alle opgaven na!
  
• Overleggen met degene naast je 
• Klaar? laat dit aan mij zien

Opdracht bespreken

Opdracht 

Van 0-40 s: 2,5 m/s

Van 40-80 s: 4 m/s

Leerdoelen bij 4.3

Je leert

• hoe je een beweging in een diagram kunt weergeven
• hoe je aan het diagram kunt zien hoe de snelheid veranderd
• hoe je de snelheid kan bepalen uit een diagram

Einde van de les

• Huiswerk: zorg dat je alle opgaven van 4.3 hebt gemaakt
• Volgende les verder met paragraaf 4.4 

Je mag je spullen inpakken en pas gaan als de bel gaat!