Les 7 grammatica T3 diagnostische toets woordbenoemen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Wat zijn de lidwoorden?

Noem de drie manieren om te controleren of een woord een zelfstandig naamwoord is

Hoe herken je een werkwoord?

HULPWERKWOORD

(HWW)

- helpt mee om een goede zin te maken

- er kunnen meerdere hulpwerkwoorden in een zin staan

- bij twee of meer werkwoorden is de pv een hulpwerkwoord

- een hulpwerkwoord heeft geen duidelijke betekenis

Zelfstandig werkwoord

• Het allerbelangrijkste werkwoord in een zin.
• In een zin met maar één werkwoord is dat werkwoord een zelfstandig werkwoord.
• De persoonsvorm in een zin met één werkwoord is een zelfstandig werkwoord.

Voorbeeld:

Ik koop een gebakje.

 

Ik zou heel graag willen gaan slapen.
In deze zin staan

1. twee werkwoorden
2. vier werkwoorden
3. drie werkwoorden
4. vijf werkwoorden

Ik zou heel graag willen gaan slapen.
slapen =

1. hulpwerkwoord (hww)
2. zelfstandig werkwoord (zww)

Ik zou heel graag willen gaan slapen.
zou willen gaan
zijn hulpwerkwoorden

1. dat klopt!
2. echt niet!

bijvoeglijk naamwoord

Een bijvoeglijk naamwoord (bn) zegt iets over een zelfstandig naamwoord (zn)

voorbeeld: De rode auto ('rode' zegt iets over de auto(zn))

stoffelijk bijvoeglijk naamwoord (sbn)

Vertelt iets over het materiaal waarvan iets gemaakt is en eindigt (bijna) altijd op -en

voorbeeld: De granieten vloer

gewoon bn: de oude ring

stoffelijk bn: de gouden ring

Nakijken opdracht 11

zelfstandig nw: stad, mes, pijn, hart, straat, plein

onduidelijk: haar (zn/bez.vnw), steek (zn/ww), kleur (zn/ww), taxi (zn/ww), bloed (zn/ww) 

geen zelfstandig nw: laat, wit, donker, voorbij, denk, zwart

Noteer van elk woord wat voor woordsoort het is

Kies uit: lw  zn  zww. hww. bn. sbn

Zij zouden met een rieten mand gaan picknicken in het bos.
zouden = een = rieten =

Zij zouden met een rieten mand gaan picknicken in het bos.
mand =. gaan = picknicken =

Zij zouden met een rieten mand gaan picknicken in het bos.
het = bos =

De gouden armband werd woensdag opgevist.
De = gouden = armband =

De gouden armband werd woensdag opgevist.
woensdag = opgevist =

De leerlingen vonden de tentamenweek erg lang.
De= leerlingen= vonden=

De leerlingen vonden de tentamenweek erg lang.
de=. tentamenweek=

Het houten bankje werd op het plein gesloopt.
Het=. houten=. bankje=

Het houten bankje werd op het plein gesloopt.
werd=. het=. plein=. gesloopt=

In liefde en oorlog is alles geoorloofd.
liefde=. oorlog= is=. geoorloofd=

Waar heb jij nog moeite mee?
lw zn hww zww bn sbn

Na deze les wil ik.....

De uitleg nogmaals horen

Meer voorbeelden krijgen

Meer oefeningen maken

De leerstof thuis nog even bekijken

huiswerk

lees: blz 27 + 28 goed door

maak: opdracht 16

Deze les vond ik.....

😒🙁😐🙂😃