8.1 je lichaam werkt

Welkom! 
Telefoon in het hotel
Boeken en laptop op tafel
Lessonup.app opzoeken
Beantwoord deze vragen in je hoofd:
1) Waar worden eiwitten verteerd?
2) Wat is de functie van de darmplooien?

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom! 
Telefoon in het hotel
Boeken en laptop op tafel
Lessonup.app opzoeken
Beantwoord deze vragen in je hoofd:
1) Waar worden eiwitten verteerd?
2) Wat is de functie van de darmplooien?

Slide 1 - Diapositive

8.1 Alles werkt samen

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen 8.1
- Je kunt van orgaanstelsels benoemen welke organen erbij horen en wat de functie is.
- Je kunt uitleggen hoe orgaanstelsels samenwerken.
- Je kunt uitleggen hoe spieren aan energie komen en hoe de afvalstoffen ervan uit je lichaam gaan. 
- Je kunt de onderdelen van een cel benoemen en beschrijven wat hun functie is. 

Slide 3 - Diapositive

Weet je het nog?
Wat is de goede volgorde van klein naar groot?
A
cel > weefsel > organisme > organenstelsel > orgaan
B
cel > weefsel > orgaan > organenstelsel > organisme
C
cel > orgaan > weefsel > organenstelsel > organisme
D
cel > orgaan > orgaanstelsel > weefsel > organisme

Slide 4 - Quiz

Cellen 
Je lichaam bestaat uit miljarden cellen.
Deze werken allemaal samen om je lichaam te laten werken

Onderdelen cel
Celkern, celmembraan, cytoplasma

Slide 5 - Diapositive

Weefsel
Groep cellen met dezelfde taak en vaak dezelfde vorm.

Bijvoorbeeld:
- spierweefsel
- zenuwweefsel

Slide 6 - Diapositive

Orgaan
= Een groep verschillende weefsels die samen een taak uitvoeren.

Een onderdeel van je lichaam met een specifieke taak.

Slide 7 - Diapositive

Orgaanstelsel
= Een groep organen die samen een taak uitvoeren/met dezelfde functie. 

Bijvoorbeeld:
- bloedvatenstelsel
- verteringsstelsel

Slide 8 - Diapositive

Zorg dat je lichaam afvalstoffen kwijtraakt
Maakt voedsel zo klein dat de voedingsstoffen in het bloed kunnen worden opgenomen
Laat alle organen werken en samenwerken
Neemt zuurstof op en geeft koolstofdioxide af
Vervoert voedingsstoffen, zuurstof en andere stoffen
Verteringsstelsel
Bloedvatenstelsel
Uitscheidingsstelsel
Zenuwstelsel
Ademhalingsstelsel

Slide 9 - Question de remorquage

Orgaanstelsels op een rijtje
verteringsstelsel: mond, slokdarm, maag, darmen,
anus
ademhalingsstelsel: neus- en mondholte, luchtpijp
en longen
zenuwstelsel: hersenen, ruggenmerg en zenuwen
bloedvatenstelsel: hart en bloedvaten
uitscheidingsstelsel: nieren, urineleider en -buis,
blaas

Slide 10 - Diapositive

Ademhalingsstelsel
Verteringsstelsel
Bloedvatenstelsel
Zuurstof in het lichaam brengen
Stoffen naar alle organen brengen
Voedingsstoffen kleiner maken tot glucose

Slide 11 - Question de remorquage

Samenwerking orgaanstelsels

  • ademhalingsstelsel -> voor zuurstof
  • verteringsstelsel -> voor energie (voedingsstoffen)
  • bloedvatenstelsel -> pompt bloed met voedingsstoffen en zuurstof rond

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Energie voor alle organen

Elke cel doet aan verbranding om zichzelf van energie te voorzien.

De formule voor verbranding moet je kennen!
C6H12O6 + 02 -> CO2 + H2O + energie

Slide 14 - Diapositive

wordt ver-voerd naar de cellen
daardoor kun je bewegen

ademhalingsstelsel: inademen

ademhalingsstelsel: uitademen

spierstelsel

verteringsstelsel

uitscheidingsstelsel

bloedvatenstelsel

Slide 15 - Question de remorquage

Wat is de juiste formule van de verbranding van glucose:
A
glucose + CO2 + energie --> zuurstof + water
B
glucose + zuurstof + energie --> CO2 + water
C
glucose + CO2 --> zuurstof + water + energie
D
glucose + zuurstof --> CO2 + water + energie

Slide 16 - Quiz

Maken
Eerste 6 minuten in stilte
Zelf bestuderen/doorlezen: 8.1  
Maken 8.1 opdr. 1 t/m 12

Klaar? Laten controleren en nakijken. 
Oefen met de linkjes uit de planner, doorlezen 8.2, ga verder met je samenvatting of maken test jezelf

timer
6:00

Slide 17 - Diapositive