Verbranden en verwarmen

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

3.1 Warmte en temperatuur 

3.1 Leerdoelen

Welke eenheden zijn er voor temperatuur

Hoe meet je temperatuur

Wat is het verschil tussen warmte en temperatuur

Warmtebron

Een warmtebron zet energie om in warmte.

•  zon
• de centrale verwarming maar ook...
• het gasfornuis
• de aarde
• een föhn

Warmtebron

Een warmtebron zet energie om in warmte.

•  chemische warmtebronnen
• zoals hout, aardgas of olie
  
  
• elektrische  warmtebronnen
•  zoals föhn, kookplaat

Licht komt van de zon

Temperatuur

Wat moet je weten?

• Je weet hoe een thermometer werkt

• Je kan een thermometer in graden Celsius en in Kelvin aflezen
  

Hoe werkt een thermometer ?

• reservoir
• stijgbuis
• schaalverdeling
• meetbereik
  
• graden Celsius
• Kelvin (geen graden)

(0 graden = 273 Kelvin)

0 Kelvin = - 273° C dus 0°C=273K

Kelvin = °C + 273

Opdracht

Maak opdrachten 1 - 7, 8, 10 - 14

Wat is verbranden?

Het omzetten van 

CHEMISCHE ENERGIE

in

WARMTE

Energie

De eenheid van energie = Joule

3.2 Warmtetransport

Geleiding / Straling / Stroming

Leerdoelen

Je kan beschrijven hoe  warmte van de ene plaats 

naar de andere plaats gaat.

A

De warmte van je handen gaat naar de koude sneeuwbal

B

De kou van de sneeuwbal gaat naar je warme handen

Wat is juist?

Geleiding

Energie stroomt DOOR een vaste stof. 

Deze stof komt niet van zijn plaats.

Een geleider is een stof die de warmte 

goed doorgeeft.

Een isolator laat de warmte juist

slecht door.

Stroming

De warmte of energie stroomt met een vloeistof of gas mee.  (vaste stoffen stromen niet)

Warme lucht heeft een kleinere dichtheid dan koude lucht. De warme lucht (lucht met energie) stijgt op

Straling

Energie wordt door een lege ruimte gestraald.

Je hebt dus geen gas, vloeistof of vaste stof nodig om de warmte te verplaatsen.

Elk voorwerp straalt warmte uit, ook jij!

play.kahoot.it

Aan de slag

Maak opgave

15 t/m 33

Heb je de opgaves af maak 

dan de samenvatting op blz 175

3.3 ISOLATIE

Leerdoel:

Je gaat leren hoe kunt zorgen voor zo

 weinig mogelijk warmteverlies

Even kort herhalen:

Bij warmtetransport gaat warmte van een plek met hoge temperatuur naar een plek met lage temperatuur.

Transport van Warmte

- Geleiding

- Stroming

- Straling

Isolatie kan warmte binnen houden.

Of warmte buiten houden. 

Isolatie

Isolatie is het het tegenhouden van warmtetransport

De rode plekken zijn warm en daar gaat dus veel warmte verloren

Dit heet WARMTEVERLIES

Warmteverlies door geleiding

Geleiders zoals metalen geven warmte snel door. Dat betekent dat ze veel warmte verliezen. 

Isolatoren zoals glas/kunststof/papier geleiden warmte slecht. Hierdoor heb je weinig warmteverlies. 

Warmteverlies door stroming

Warmteverlies door stroming ga je tegen door te zorgen dat warmte lucht niet weg kan. 

Warmteverlies door straling

Warmteverlies door straling voorkom je door de straling terug te kaatsen. Dit kun je doen door spiegelend materiaal te gebruiken. 

0

Aan de slag

Maak opgave

36 t/m 47

Heb je de opgaves af maak 

dan de samenvatting op blz 175

Verschillende brandstoffen

Niet fossiele brandstoffen

BIJVOORBEELD

• HOUT
• PAPIER
• BIOMASSA

Fossiele brandstoffen

• AARDOLIE
• AARDGAS
• STEENKOOL

Fossiele brandstof:

aardolie

aardgas

steenkool

Branddriehoek: voorwaarden voor verbranding

A) Volledige verbranding

Voldoende zuurstof

Er ontstaat H2O (l) en   CO2 (g)

B) Onvolledige verbranding
Onvoldoende zuurstof

Er ontstaat CO(g) en/of roet

Verbranden is een 

Chemische reactie

Waarbij
de beginstoffen verdwijnen en reactieproducten ontstaan.

Onvolledige verbranding / Koolstof Monoxide / CO

CO is kleurloos en reukloos en erg giftig!

Brand blussen: zorgen dat je brand uitgaat noem Blussen

Een brand blus je als:
1. Geen zuurstof

2. Geen brandstof 
3. De temperatuur onder de ontbrandingstemperatuur komt.

Aan de slag

Maak opgaven 52 t/m 65
Behalve de ster en doe opdrachten.