2TL - H6 Vlakke figuren en ruimtefiguren (1.6-1.8)

1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Welkom!
Leg klaar:

Je laptop (dicht)
Ruitjesschrift
Etui
Rekenmachine

Slide 3 - Diapositive



1.6-1.8  -> Oppervlakte en omtrek van rechthoek en cirkel

Slide 4 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
Terugblik -> Inlijsten

Slide 5 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
Terugblik -> Inlijsten

Opp. lijst = 4 x 6 = 24 cm2

Opp. 1 = 4 x 2 : 2 = 4 cm2
Opp. 2 = 3 x 2 : 2 = 3 cm2
Opp. 3 = 1 x 3 : 2 = 1,5 cm2

Opp. figuur = 24 - 4 - 3 - 1,5 = 15,5 cm2
1
2
3

Slide 6 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
Terugblik -> Inlijsten

Slide 7 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
Terugblik -> Inlijsten

Opp. lijst = 4 x 5 = 20 cm2

Opp. 1 = 1 x 2       = 2 cm2
Opp. 2 = 1 x 5 : 2 = 2,5 cm2
Opp. 3 = 1 x 1 : 2 = 0,5 cm2

Opp. figuur = 20 - 2 - 2,5 - 0,5 = 15 cm2
1
2
3

Slide 8 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
1.6-1.8 -> Oppervlakte en omtrek van rechthoek en cirkel

Oppervlakte cirkel =       x  straal
Omtrek cirkel =      x  diameter   

π
π

Slide 9 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
1.6-1.8 -> Oppervlakte en omtrek van rechthoek en cirkel

Oppervlakte cirkel =       x  straal
Omtrek cirkel =      x  diameter   

π
π
Vb 1: Bereken de oppervlakte

Slide 10 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
1.6-1.8 -> Oppervlakte en omtrek van rechthoek en cirkel

Oppervlakte cirkel =       x  straal
Omtrek cirkel =      x  diameter   

π
π
Vb 1: Bereken de oppervlakte

straal = 22,5 : 2 = 11,25
Opp. =
Opp. = 398 cm2 
π11,252=397,607...

Slide 11 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
1.6-1.8 -> Oppervlakte en omtrek van rechthoek en cirkel

Oppervlakte cirkel =       x  straal
Omtrek cirkel =      x  diameter   

π
π
Vb 1: Bereken de omtrek

Slide 12 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
1.6-1.8 -> Oppervlakte en omtrek van rechthoek en cirkel

Oppervlakte cirkel =       x  straal
Omtrek cirkel =      x  diameter   

π
π
Vb 1: Bereken de omtrek

diameter = 14,2 x 2 = 28,4 cm
Omtrek =
Omtrek = 89,2 cm 
π28,4=89,221...

Slide 13 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
1.6-1.8 -> Oppervlakte en omtrek van rechthoek en cirkel

Slide 14 - Diapositive

Je kan lineaire verbanden herkennen
1.6-1.8 -> Oppervlakte en omtrek van rechthoek en cirkel

Omtrek = 0,7 x 4 = 2,4 m
Omtrek = 21 + 21 + 13 + 13 = 68 cm
Omtrek = 5 + 5 + 8 + 8 = 26 cm
Omtrek = 28 + 20 + 7 + 13 = 68 cm

Slide 15 - Diapositive

Maken
1.6-1.8 Oppervlakte en omtrek (A)
of
1.6-1.8 Oppervlakte en omtrek (B)

timer
6:00

Slide 16 - Diapositive


Wat is de naam van dit ruimtefiguur?
A
Prisma
B
Kegel
C
Cilinder
D
Piramide

Slide 17 - Quiz


Wat is de naam van dit
 ruimtefiguur?
A
Prisma
B
Kegel
C
Cilinder
D
Piramide

Slide 18 - Quiz


Wat is de naam van dit ruimtefiguur?
A
Prisma
B
Kegel
C
Cilinder
D
Piramide

Slide 19 - Quiz


Wat is de naam van dit ruimtefiguur?
A
Prisma
B
Kegel
C
Cilinder
D
Piramide

Slide 20 - Quiz


Wat is de naam van dit ruimtefiguur?
A
Prisma
B
Kegel
C
Cilinder
D
Piramide

Slide 21 - Quiz


Welke formule gebruik je om de
inhoud te berekenen?
A
πstraal2hoogte
B
πstraal2hoogte:3
C
Opp.grondvlakhoogte
D
Opp.grondvlakhoogte:3

Slide 22 - Quiz


Welke formule gebruik je om de
inhoud te berekenen?
A
πstraal2hoogte
B
πstraal2hoogte:3
C
Opp.grondvlakhoogte
D
Opp.grondvlakhoogte:3

Slide 23 - Quiz


Wat is de oppervlakte van het 
grondvlak?
A
6
B
21
C
42
D
30

Slide 24 - Quiz


Welke formule gebruik je om de
inhoud te berekenen?
A
πstraal2hoogte
B
πstraal2hoogte:3
C
Opp.grondvlakhoogte
D
Opp.grondvlakhoogte:3

Slide 25 - Quiz


Wat is de straal?
A
100 cm
B
200 cm
C
17 m
D
π

Slide 26 - Quiz


Welke formule gebruik je om de
inhoud te berekenen?
A
πstraal2hoogte
B
πstraal2hoogte:3
C
Opp.grondvlakhoogte
D
Opp.grondvlakhoogte:3

Slide 27 - Quiz


Welke vorm heeft het grondvlak?
A
rechthoek
B
driehoek
C
parallellogram
D
cirkel

Slide 28 - Quiz


Wat is de diameter?
A
4 cm
B
6 cm
C
8 cm
D
π

Slide 29 - Quiz


Welke formule gebruik je om de
inhoud te berekenen?
A
πstraal2hoogte
B
πstraal2hoogte:3
C
Opp.grondvlakhoogte
D
Opp.grondvlakhoogte:3

Slide 30 - Quiz