wk25 Lezen 4 les 3

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Lezen 4

feiten, meningen, argumenten

Planning

• Nakijken: opdracht 5 (blz. 16-18)
• Uitleg: feiten en meningen
• Oefenen
• Uitleg: argumenten
• Oefenen
• Kahoot

Vraag 9

Feiten en meningen

• Feiten: zijn controleerbaar, je kunt vaststellen dat het zo is.    = objectief

Tekstdoel: informeren of instrueren

• Meningen: zijn persoonlijk en kunnen dus per persoon verschillen. = subjectief 

Tekstdoel: overtuigen of activeren

Oefenen

• Lees de tekst (opdracht 6A of 6B) (blz. 19-21)
• Beantwoord de vragen

1. Zet de gebeurtenissen in chronologische volgorde.
   
2. Noem drie feitelijke gebeurtenissen.
   
3. Noem drie meningen.

Oefenen

• Bespreek onderstaande vragen met je buurman of buurvrouw.

1. Wat is het verschil tussen de teksten?
   
2. Wanneer is een feitelijke tekst prettig, wanneer een tekst met meningen?
   
3. Hoe herken je feiten en meningen in de tekst?

Objectief/subjectief

• Noteer subjectieve woorden die bij je opkomen
• Noteer objectieve woorden die bij je opkomen

Objectieve woorden

Subjectieve woorden

Objectief/subjectief

• Noteer subjectieve woorden                                                                                           die bij je opkomen
• Noteer objectieve woorden                                                                                            die bij je opkomen

Objectieve woorden

Subjectieve woorden

Huiswerk

• Maken: opdracht 7 (blz. 22-23)

Deze opdracht kijken we aan het einde van de les samen na.

• Klaar?: leren voor de toets