Syllabus en examenvragen

Hoe beantwoord je een examenvraag?
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
geschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoe beantwoord je een examenvraag?

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Eind 16e eeuw verkenden de Engelsen Noord-Amerika als mogelijke uitvalsbasis in de strijd met het katholieke Spanje en als eventuele kolonie. In 1620 stichtten de protestantse Pilgrim Fathers er een Engelse nederzetting, met als doel er een geheel nieuwe samenleving te beginnen. 

Slide 9 - Diapositive

In 1686 voegde de Engelse koning Jacobus II een groot deel van de Engelse koloniën in Noord-Amerika samen tot het Dominion of New England.
Jacobus II nam twee besluiten:
1 Het Dominion kwam onder bestuur van een gouverneur die
rechtstreeks verantwoording aflegde aan hem.
2 In het Dominion moest de Engelse staatskerk worden gevestigd.
2p 5 Verklaar:
- bij welke ontwikkeling in de monarchie in de zeventiende eeuw het
eerste besluit van Jacobus II paste en
- dat voor de puriteinen (een stroming waartoe onder andere de
Pilgrim Fathers behoorden) het tweede besluit een reden was om in
opstand te komen tegen het Engelse gezag. 

Slide 10 - Diapositive

bij 1:
• Dit besluit waarmee Jacobus II zijn machtspositie verstevigde / zijn
macht over de koloniën vastlegde, paste bij 'het streven van vorsten
naar absolute macht' 1
bij 2:
• Dit besluit leidde tot een opstand omdat de puriteinen naar
Noord-Amerika waren geëmigreerd om daar hun geloof vrij uit te
oefenen / een nieuwe samenleving te beginnen 1

Slide 11 - Diapositive

In de 17e eeuw groeiden de groepen kolonisten in Amerika gestaag. Aanvankelijk bestonden er handelscontacten met de inheemse bevolking. Bloedige oorlogen en geïmporteerde ziekten zorgden er daarna snel voor dat die inheemse bevolking werd gedecimeerd. 

Slide 12 - Diapositive

In 1768 zei het hoofd van de Oneida-stam, een stam die in het
noordoosten van Noord-Amerika leefde: "Als onze jonge mannen willen
gaan jagen op wilde beesten, dan staan overal hekken, waardoor ze erg
vermoeid raken. Ook kunnen ze geen hertenvlees meer eten, of schors
vinden om hutten te bouwen. De herten zijn vertrokken en de bomen zijn
omgehakt".
2p 6 Leg uit welke ontwikkeling de veranderingen die het stamhoofd noemde
veroorzaakte.

Slide 13 - Diapositive

Uit het antwoord moet blijken dat in het noordoosten van Noord-Amerika
vestigingskoloniën werden gesticht / de groeiende groep kolonisten land
opeiste voor landbouw, waardoor de Oneida-stam steeds minder leefruimte
kreeg / kolonisten de jachtgebieden van de Oneida-stam in gebruik namen. 

Slide 14 - Diapositive

BETROUWBAARHEID 
VAN BRONNEN    

Slide 15 - Diapositive

Zie ook Feniks
blz 314

Slide 16 - Diapositive

Maak opdracht 5e (blz. 218)

Slide 17 - Question ouverte

STANDPLAATSGEBONDENHEID

Feniks, blz. 313

Slide 18 - Diapositive

Maak opdracht 6

Slide 19 - Question ouverte

 Noordelijke koloniën 

Economisch kenmerk Nadruk op nijverheid en handel. 

Sociaal-maatschappelijk kenmerk Hoog percentage stedelijke bevolking, geschoold en ondernemend. 

Geografisch kenmerk Rotsachtige bodem en strenge winters.

(Vestigingskoloniën - 6c)

Slide 20 - Diapositive

  Zuidelijke koloniën

Economisch kenmerk  Nadruk op grootschalige landbouw op de plantages.
Sociaal-maatschappelijk kenmerk . Hoog percentage slavenarbeid, grootschalige landbouw, weinig stedelijke bevolking.
Geografisch kenmerk . Geschikt voor plantagelandbouw.

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Maken opdracht 11. Met welke KA's is deze opdracht te verbinden?

Slide 23 - Question ouverte

De plannen van de commissie in 1831 (zie bron 4) werden uiteindelijk doorgevoerd in een wet in 1832.

Noem deze wet en geef aan waardoor de wet gunstig was voor de industriële ondernemers.  (2p)

Slide 24 - Diapositive

maximumscore 2
Uit het antwoord moet blijken dat:
• de plannen tot uitvoering kwamen in de Reform Bill / Reform Act 1
• de industriële ondernemers meer politieke invloed kregen omdat de stedelijke gebieden meer vertegenwoordigd werden in het Lagerhuis
/ de landadel minder invloed kreeg door het verdwijnen van
kiesdistricten met weinig of geen inwoners 1 

Slide 25 - Diapositive

Twee gegevens over de Swadeshi-beweging in India:
1 In 1905 namen de oprichters van de Swadeshi-beweging voor het
stadhuis van Calcutta een resolutie aan in het bijzijn van 20.000 Indiërs, waarin ze Indiërs opriepen hun eigen kleding te weven en te produceren.
2 In Groot-Brittannië publiceerden kranten artikelen waarin de
Swadeshi-beweging werd beschreven als gevaarlijk en onwenselijk.
Licht beide gegevens toe door:
- een economische verklaring te geven voor het ontstaan van de
Swadeshi-beweging en
- een economische en een politieke verklaring te geven voor de reactie
van de Britse kranten. 
(3p)

Slide 26 - Diapositive

maximumscore 3
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• De Swadeshi-beweging werd opgericht omdat de Britse import van
textiel concurreerde met de Indiase huisnijverheid / omdat India
afzetmarkt werd voor Britse producten (wat de beweging wilde
tegengaan met de oproep zelf te weven) 1
De Britse kranten waren negatief over de beweging omdat:
• het wegvallen van India als afzetmarkt een economische crisis in
Groot-Brittannië zou veroorzaken / de groei van de Britse industrie zou
schaden 1
• de Britten vreesden dat zij de macht over India (deels) zouden
verliezen als Indiërs zich gingen inzetten voor minder Britse invloed 1 

Slide 27 - Diapositive

Een anekdote:
De Engelsman John Evelyn schreef in september 1641 in zijn dagboek
over de bouw van de citadel bij de Nederlandse stad Den Bosch. Met
deze citadel werd de verdediging van de stad verbeterd. Evelyn noemde
de Nederlanders de grootste experts van heel Europa op het gebied van
pompen, omdat hij zag dat het land rondom de stad watervrij werd
gemaakt met behulp van watermolens en pompen met een slakkenhuisconstructie.
Licht deze anekdote toe door (2p):
- met een kenmerkend aspect van de zestiende eeuw de noodzaak voor
de bouw van de citadel te verklaren en
- met een kenmerkend aspect van de zeventiende eeuw de beschreven
aanpak in Den Bosch te verklaren. 

Slide 28 - Diapositive

• De bouw van de citadel was noodzakelijk vanwege 'het conflict in de
Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse
staat', waardoor Den Bosch zich moest verdedigen tegen de
Spanjaarden 1
• Het (uitblinken in het) gebruik van molens / waterpompen om het land
droog te maken past bij 'de wetenschappelijke revolutie' in de
zeventiende eeuw, waarbij de pompen werden verbeterd / past bij 'de
economische bloei van de Republiek', waardoor er geld was voor zulke
uitgebreide werkzaamheden 1 

Slide 29 - Diapositive

Drie gegevens over de geschiedenis van de kostbare kleurstof
karmijnrood:
1 Spaanse veroveraars leerden van de Azteken in Amerika dat
karmijnrood van luizen werd gemaakt en brachten in 1523 de kleurstof
mee naar Spanje.
2 Rembrandt van Rijn gebruikte in 1665 voor zijn schilderij
Het Joodse bruidje karmijnrood voor een deel van de jurk van de
bruid.
3 Vanaf 1830 werden sommige boeren in Nederlands-Indië door de
Nederlanders gedwongen om de luizen te kweken waar de kleurstof
karmijnrood van gemaakt werd.
Geef voor elk van de drie gegevens een ander kenmerkend aspect dat
hierbij past. (3p)

Slide 30 - Diapositive

• Gegeven 1 past bij 'het begin van de Europese overzeese expansie' 1
• Gegeven 2 past bij 'de bloei in economisch en cultureel opzicht van de
Nederlandse Republiek' of bij 'wereldwijde handelscontacten,
handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie' 1
• Gegeven 3 past bij 'uitbouw van de Europese overheersing' en 'de
moderne vorm van imperialisme die verband hield met industrialisatie' 1 

Slide 31 - Diapositive