7.4 Een kringloop

Leerdoelen 7.4

Bij deze paragraaf horen een aantal leerdoelen.
Welke leerdoelen zijn dit? Je kunt dit vinden in de rubric voor M&N.
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Leerdoelen 7.4

Bij deze paragraaf horen een aantal leerdoelen.
Welke leerdoelen zijn dit? Je kunt dit vinden in de rubric voor M&N.

Slide 1 - Diapositive

Waar blijft afval in de natuur?
  • In een bos of park ontstaat veel natuurlijk afval, zoals bladeren, poep van dieren, dode planten en dieren etc. 

  • Hiernaast zie je een doorsnede van de bodem van een bos, een bodemprofiel. Deze bestaat uit 3 lagen.
  1. De strooisellaag
  2. De humuslaag
  3. De grondlaag

Slide 2 - Diapositive

Waar blijft afval in de natuur?
  • De strooisellaag: Deze laag wordt steeds aangevuld met natuurlijk afval. Bodemdieren eten van het natuurlijk afval.

  • De humuslaag: Een laag donkere korreltjes die ontstaat nadat de bodemdieren het natuurlijk afval klein hebben gemaakt.

  • De grondlaag: het type grond wat in een bepaald gebied voorkomt, zoals; zand, klei, leem of veen.

Slide 3 - Diapositive

Voedselkringloop

Slide 4 - Diapositive

Voedselkringloop

1. Producenten: Dit zijn altijd groene planten. Met behulp van fotosynthese en mineralen maken zij glucose en andere voedingsstoffen. 

2. Consumenten: Dit zijn dieren en mensen. Wij eten de voedingsstoffen die de planten maken.

Slide 5 - Diapositive

Voedselkringloop

3. Afvaleters: Dit zijn bodemdieren die het afval van producenten en reducenten eten. Ook zij zijn consumenten.

4. Reducenten: Dit zijn de schimmels en bacteriën die humus omzetten in mineralen. Deze mineralen kunnen dan weer door de planten gebruikt worden.

Slide 6 - Diapositive

Waarom bemesten boeren hun land?
  • Wanneer aardappels volgroeid zijn worden ze geoogst. De boer haalt ook de plantenresten van het land.

  • Er is bijna geen plantenafval, dus ook geen afvaleters.

  • Hierdoor ontstaat er dus ook geen humus die de reducenten kunnen omzetten in mineralen. 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive