Reparatiedag werkwoorspelling

Werkwoordspelling
Reparatiedag
Nederlands
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Werkwoordspelling
Reparatiedag
Nederlands

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
- Wat vind je lastig?
- Uitleg theorie: stam vs. ik-vorm en pvtt
- Opdrachten maken
- Uitleg theorie: pvvt
- Opdrachten maken
- Uitleg theorie: vd en od
- Opdrachten maken
- Uitleg theorie: bv, inf en gw
- Opdrachten maken

Slide 2 - Diapositive

Wat vind je lastig aan werkwoordspelling?

Slide 3 - Question ouverte

Uitleg theorie: stam vs. ik-vorm
- De stam van het werkwoord is het hele werkwoord -en
- Grazen -> graz 
- Verven -> verv

- De ik-vorm maak je door ik voor het werkwoord te zetten
- Lopen -> (ik) loop
- Verven -> (ik) verf
- Verhuizen -> (ik) verhuis

Slide 4 - Diapositive

Uitleg theorie: pvtt
Eerste stap: Is het werkwoord de persoonsvorm?
Tweede stap: Ja? Tegenwoordige tijd of verleden tijd?
Derde stap: Tegenwoordige tijd
Enkelvoud: ik-vorm > ik voor de pv of jij en je achter de pv
Enkelvoud: ik-vorm + t = in alle andere gevallen
Meervoud: infinitief

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Hij ... (geven) het meisje een bos bloemen.

Slide 7 - Question ouverte

De oude man ... (vinden) het niet gezellig in het bejaardentehuis.

Slide 8 - Question ouverte

Opdracht 1 maken
- In het uitgedeelde boekje
- 5-10 min
- Daarna bespreken

Slide 9 - Diapositive

Uitleg theorie: pvvt
- Derde stap: Verleden tijd
- Zwakke werkwoorden: als de medeklinker voor de uitgang van het infinitief (de stam) in ‘t ex-fokschaap voorkomt dan stam + te(n)
- In alle andere gevallen stam + de(n).
- Sterke werkwoorden: maak ze langer om te horen of de laatste letter een –d of een –t is.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Vroeger ... (lachen) ik meer dan tegenwoordig.

Slide 12 - Question ouverte

Iedereen ... (raden) me in die tijd aan om serieuzer te zijn.

Slide 13 - Question ouverte

Opdracht 2 maken
- In het uitgedeelde boekje
- 5-10 min
- Daarna bespreken

- Klaar? Opdr. 3 maken

Slide 14 - Diapositive

Uitleg theorie: vd en od
- Onvoltooid deelwoord: infinitief + d(e)
-> lopende, zingend
- Voltooid deelwoord: komt meestal voor naast een vorm van hebben, zijn of worden
- Verlengproef: maak het werkwoord langer om te horen of de laatste letter een d of een t is
- Bij twijfel: ‘t ex-fokschaap

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

... (Huilen) rende het meisje de klas uit.

Slide 17 - Question ouverte

Hij heeft zijn huiswerk ... (afronden).

Slide 18 - Question ouverte

In werkelijkheid had hij haar nooit ... (geloven).

Slide 19 - Question ouverte

Opdracht 4 maken
- 5-10 min
- Daarna bespreken

Slide 20 - Diapositive

Uitleg theorie: bv, inf en gw
- Infinitief: het hele werkwoord
- Gebiedende wijs: ik-vorm van het werkwoord
- Bijvoeglijk naamwoord: van onvoltooid deelwoord en een voltooid deelwoord kun je een bn maken
Spel het bn altijd zo kort mogelijk
Let er wel op dat het een juist Nederlands woord moet zijn -> vergrote foto
Sterke werkwoorden zijn soms een uitzondering -> de gelopen afstand


Slide 21 - Diapositive

(Maken) je huiswerk eens snel!

Slide 22 - Question ouverte

Het (zingen) meisje liep door het bos.

Slide 23 - Question ouverte

De (vangen) vis was al dood.

Slide 24 - Question ouverte

Het (vieren) feest was tot laat doorgegaan.

Slide 25 - Question ouverte

Opdracht 5 maken
- 5-10 min
- Daarna bespreken

Slide 26 - Diapositive

Opdracht 6 en 7 maken
- Alle werkwoordsvormen door elkaar
- Bij opdr. 6 moet je de werkwoordsvormen ook noemen en vervolgens vervoeg je het werkwoord op de juiste manier
- Bij opdr. 7 hoef je het werkwoord alleen te vervoegen
- 10 min
- Daarna bespreken

Slide 27 - Diapositive

Totaalopdracht
- Schrijf een stukje over hoe je de eerste weken na de zomervakantie op school hebt ervaren 
- Ongeveer 100 woorden
- Let daarbij extra goed op werkwoordspelling!
- Maar pas ook de overige spellingregels toe (denk aan hoofdletters en leestekens) en let op je formuleringen
- 10-15 min
- Wissel daarna je stukje uit met je buurman of buurvrouw
- Controleer de werkwoordspelling -> verbeter foute antwoorden
- Twijfel je? Vraag het aan de docent

Slide 28 - Diapositive

Kahoot
https://create.kahoot.it/v2/details/5b7a97bd-eaef-4b48-90ac-4d8858634173 

Slide 29 - Diapositive