herhaling, oefenen voor toets 2 (1e jaar)

herhaling
voorbereiding toets 2
(zorg dat je een periodiek systeem en zouttabel bij de hand hebt)
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
scheikundeMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

herhaling
voorbereiding toets 2
(zorg dat je een periodiek systeem en zouttabel bij de hand hebt)

Slide 1 - Diapositive

soorten bindingen

Slide 2 - Diapositive

hier zie je een stikstofmolecuul (met drievoudige binding)

Slide 3 - Diapositive

Wat kun je zeggen over het KOOKPUNT van stikstof?
A
Hoog! 3 covalente bindingen!
B
Hoog! Waterstofbruggen!
C
Laag! alleen vdwaalskrachten!
D
Laag! Ionvorming.

Slide 4 - Quiz

hier zie je een stikstofmolecuul (met drievoudige binding)

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Welk watermolecuul is op de juiste manier met een H-brug verbonden?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Stel de reactievergelijking op voor de verbranding van thioglycolzuur. de formule is C2H4O2S

Slide 9 - Question ouverte

(voor de zuurstof moet 3 zijn..)
(foto kan ik niet veranderen)

Slide 10 - Diapositive

zouten: geef de formule van Aluminiumhydroxide

Slide 11 - Question ouverte

NaCl (s) --> Na+(aq)  +  Cl- (aq)
oplosvergelijking keukenzout

(hoe schrijf je nu een indampvergelijking?)

Slide 12 - Diapositive

Noteer de neerslagreactie van de reactie tussen zilvernitraat en natriumchloride. (let op: alleen de neerslagreactie)

Slide 13 - Question ouverte

welk zout?
Je hebt een potje zout, maar je weet niet of het natriumchloride is of natriumcarbonaat. Welke zoutoplossing zou je kunnen toevoegen of te bewijzen welk zout je hebt. (meerkeuzevraag)..

Slide 14 - Diapositive

NaCl of Na2CO3? wat voeg je toe?
A
calciumcarbonaat
B
zilvernitraat
C
calciumchloride
D
zilverchloride

Slide 15 - Quiz

wat is ook al weer molmassa?
-de massa van 1 mol (in gram)
-getal is gelijk aan molecuulmassa in u
b.v. molmassa van water is 18,0 g/mol, de molecuulmassa van water is 18,0 u

Slide 16 - Diapositive

Wat is de molmassa van ammoniak (NH3)

Slide 17 - Question ouverte

Hoeveel mol ammoniak heb je als je 34 gram ammoniak hebt?
A
0,5
B
1,0
C
1,5
D
2,0

Slide 18 - Quiz

Hoeveel mol ammoniak heb je als je 8,5 gram ammoniak hebt?
A
0,5
B
1,0
C
1,5
D
2,0

Slide 19 - Quiz

Je hebt 100 millimol water, hoeveel gram is dat? (molmassa water is 18,0 g/mol)
A
18,0 gram
B
0,180 gram
C
1,80 gram
D
180 gram

Slide 20 - Quiz

Je hebt 1 mol Calciumchloride, hoeveel mol chloride heb je als je dit oplost in water?CaCl2 --> Ca2+ + 2 Cl-
A
0,5
B
1,0
C
1,5
D
2,0

Slide 21 - Quiz

vragen?
Neem de samenvatting (onder bestanden) goed door en oefen!
bij de toets krijg je een lijst samengestelde ionen en oplosbaarheidstabel, en uiteraard de molmassa's.

Slide 22 - Diapositive