Woordenschat - Voorvoegsels

Voorvoegsels
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Voorvoegsels

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Je leert over voorvoegsels.
Je leert welke voorvoegsels er zijn.
Je leert wat de voorvoegsels betekenen.
Je leert onbekende woorden met voorvoegsels te raden.

Slide 2 - Diapositive

betaalbaar

Wat is de betekenis?
On
A
goedkoop
B
geld
C
niet mogelijk
D
heel erg duur

Slide 3 - Quiz

gelijk

Wat is de betekenis?
On
A
wel hetzelfde
B
niet hetzelfde
C
niet mogelijk
D
wel mogelijk

Slide 4 - Quiz

Voorvoegsel

Er zijn woorden met een stukje ervóór, 
dat is een voorvoegsel.

Dus:
onaardig betekent niet aardig
Bijvoorbeeld: het stukje on- betekent niet.

Slide 5 - Diapositive

Onbekend woord in de tekst
Je komt een onbekend woord tegen in de tekst.

Misschien ken je een deel van het woord al
woorden met een voorvoegsel

Slide 6 - Diapositive

Wat is de betekenis van het voorvoegsel anti-?

A
zonder
B
opnieuw
C
tegen
D
verkeerd

Slide 7 - Quiz

Wat is de betekenis van het voorvoegsel ex-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
slecht

Slide 8 - Quiz

Wat is de betekenis van het voorvoegsel her-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
niet

Slide 9 - Quiz

Wat is de betekenis van het voorvoegsel mis-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
verkeerd

Slide 10 - Quiz

Wat is de betekenis van het voorvoegsel wan-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
slecht

Slide 11 - Quiz

Aan de slag
Wat? maken opdrachten H3 woordenschat
Hoe? In duo's
Hoe lang? 20 minuten
Hulp? Docent of boek
Uitkomst? Toets 
Klaar? Laat je werk aan de docent zien. 
Werk aan de woordpuzzel.
Werk aan onderdeel fictie (achterin het boek)

Slide 12 - Diapositive

Wat hebben wij vandaag geleerd?

Slide 13 - Carte mentale

Noem voorzetsels en betekenis

Slide 14 - Carte mentale