Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Bonjour tout le monde!
Slide 1 - Diapositive
Le programme d'aujourd'hui
- vocabulaire interrogation
- brise-glace: Marseille
- corriger ex. 16/17/18
- le possessif
- Blooket
- les devoirs
Slide 2 - Diapositive
Marseille
Slide 3 - Diapositive
Marseille
- 2e stad van Frankrijk
- Grootste haven van Frankrijk,
Slide 4 - Diapositive
Quel est ton numéro de téléphone?
c'est le zero six/ ....../...../..../....
C'est le zéro/six / ....
1. Schrijf je eigen telefoonnummer op.
2.Op mijn teken vertel je dit in het Frans aan je buur.. Die noteert het nummer.
3.Op mijn teken controleer je het blaadje van je buur
Slide 5 - Diapositive
Quel est l'objectif? (doel)
- Aan het eind van de les kunnen jullie in het Frans uitleggen van wie bepaalde spullen/dingen zijn
Slide 6 - Diapositive
Voorbeeld bezittelijk vnw. in het Nederlands
Slide 7 - Carte mentale
Voorbeeld bezittelijk vnw. in het Frans?
Slide 8 - Carte mentale
Slide 9 - Vidéo
Uitleg bezittelijk voornaamwoord
Slide 10 - Diapositive
Uitleg bezittelijk voornaamwoord
Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is (bezit)
De vorm hangt af van het zelfstandig naamwoord wat erachter staat
Max is mijn broer = Max est mon frère
broer = frère = het zelfstandig naamwoord en mannelijk enkelvoud dus gebruik je: mon
Slide 11 - Diapositive
Uitleg bezittelijk voornaamwoord
Let op! Als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk is MAAR begint met - een klinker - stomme h
gebruik dan de mannelijk vorm --> mon, ton, son
BV: Mijn vriendin heet Marie = Mon amie s'appelle Marie
(DUS NIET: ma amie s'appelle Marie)
Bijvoorbeeld: Sophie est ma copine
Maar: Sophie est mon amie
Slide 12 - Diapositive
Uitleg bezittelijk voornaamwoord
Let op: bij mijn - jouw - zijn/haar wel onderscheid tussen
- mannelijk enkelvoud
- vrouwelijk enkelvoud = 3 vormen
- meervoud
Bij ons - jullie - hun geen onderscheid tussen mannelijk of vrouwelijk enkelvoud, alleen tussen enkelvoud en meervoud = 2 vormen
Slide 13 - Diapositive
De vorm van het bezittelijk voornaamwoord
Slide 14 - Diapositive
Hoe weet je of een woord m/v/mv is?
Slide 15 - Carte mentale
mijn school (m)
A
ma collège
B
mes collège
C
mon collège
D
tes collège
Slide 16 - Quiz
jouw spullen (mv)
A
ton affaires
B
tes affaires
C
ta affaires
D
mes affaires
Slide 17 - Quiz
zijn kamer (v)
A
ses chambre
B
son chambre
C
ton chambre
D
sa chambre
Slide 18 - Quiz
haar toekomst
A
ses avenir
B
son avenir
C
notre avenir
D
leur avenir
Slide 19 - Quiz
onze klas
A
vos classe
B
notre classe
C
leurs classe
D
nos classe
Slide 20 - Quiz
hun etui
A
leur trousse
B
vos trousse
C
leurs trousse
D
mon trousse
Slide 21 - Quiz
mijn vriendin
A
ma amie
B
mon amie
C
mes amies
D
mes amis
Slide 22 - Quiz
livres
sac à dos
trousse
mon
mes
ta
Slide 23 - Question de remorquage
secret
profs
récré
ma
leurs
son
Slide 24 - Question de remorquage
C'est un tableau. C'est ______ (mijn) tableau.
Slide 25 - Question ouverte
Là-bas, il y a la chambre de mes parents. C'est ______ (hun) chambre.
Slide 26 - Question ouverte
Slide 27 - Diapositive
Au boulot !
Maak bron H: ex. 30, 31
Bron H af? --> Oefen dan ook bron H op slim stampen. --> Les devoirs pour le 29 septembre: ex. 23 t/m 26 --> finir le PO of apprendre le vocabulaire du chapitre 1
Slide 28 - Diapositive
Les devoirs
Le 26 septembre: PO inleveren (in classroom!)
Le 29 septembre:
chapitre 1 - ex. 23 t/m 26
- ex. 30, 31 (als nog niet af)
- Bekijk thuis het uitlegfilmpje op Grandes Lignes --> audio/video --> H Grammaire het bezittelijk voornaamwoord.