P1a online les vendredi le 11 décembre

vendredi le 11 décembre
*camera aan, geluid uit..
*aantekeningenschrift bij de hand..




1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

vendredi le 11 décembre
*camera aan, geluid uit..
*aantekeningenschrift bij de hand..




Slide 1 - Diapositive

Au programme;

Doelen van deze les;
1. je weet hoe regelmatige werkwoorden vervoegd worden
2. Je kunt ze gebruiken in een zin.

Slide 2 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden op -er


Dit is een grote groep werkwoorden in het Frans. 
Voorbeelden ;
jouer=spelen
habiter=wonen
aimer=houden van
adorer=dol zijn op
détester= haten
chanter=zingen
danser=dansen
dessiner=tekenen

Slide 3 - Diapositive

De vervoeging is simpel;


Stap 1; je maakt eerst de stam=
werkwoord - er;
chanter; er weg= chant

stap 2; achter de stam plak je de volgende uitgangen;

Slide 4 - Diapositive


je chant +e
tu chant + es
il ,elle,on chant +e
nous chant+ons
vous chant +ez
ils,elles chant+ ent


ik zing
jij zingt
hij,zij,men zingt
wij zingen
jullie zingen,u zingt
zij zingen

Slide 5 - Diapositive

Uitspraak
Let op! 

Alleenbij het hele werkwoord en bij de vous vorm laat je een lange e horen.!

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

A toi maintenant! 
Schrijf nu in je schrift het rijtje op van dessiner=tekenen
stam= ? 
timer
2:00

Slide 8 - Diapositive

even nakijken...

Slide 9 - Diapositive

stam=dessin
je dessine
tu dessines
il,elle,on dessine
nous dessinons
vous dessinez
ils,elles dessinent

ik teken
jij tekent
hij,zij,men tekent
wij tekenen
jullie tekenen,u tekent
zij tekenen

Slide 10 - Diapositive

(habiter=wonen) Elle ....à Serris?
A
habiter
B
habites
C
habite
D
habitez

Slide 11 - Quiz

(chanter= zingen) Nous .... souvent.
A
chanter
B
chantez
C
chante
D
chantons

Slide 12 - Quiz

(aimer=leuk vinden) J' .... ta chambre.
A
aimes
B
aime
C
aimer
D
aiment

Slide 13 - Quiz

(dessiner= tekenen)
u tekent=

Slide 14 - Question ouverte

(jouer=spelen) Mon père .....

Slide 15 - Question ouverte

(gagner=winnen) Mon club .... toujours.

Slide 16 - Question ouverte

(inviter=uitnodigen) Tu ....tes amis pour Noël?

Slide 17 - Question ouverte

(jouer)zij spelen=

Slide 18 - Question ouverte

(détester) Ik heb een hekel aan=

Slide 19 - Question ouverte

jij woont=

Slide 20 - Question ouverte

Questions?

Slide 21 - Diapositive

Les devoirs pour lundi;

leren aantekeningen werkwoorden -er
lezen les 4 chap 3,maken oef 1 t/m 5 

Slide 22 - Diapositive