Terugblik weerbaarheidstraining

Terugblik weerbaarheidstraining
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Terugblik weerbaarheidstraining

Slide 1 - Diapositive

Welke 3 A's zijn nodig om in balans te blijven (onder stressvolle situaties)?
A
Adem, Aandacht, Aarden
B
Adem, aarde, analyse
C
Aanhoren, attenderen, Adviezen
D
Aandachtcontrole, Actie-reflectie en aandachtsturing

Slide 2 - Quiz

Welke weerbaarheidsstrategie betreft aanvallend, dus alles wat op zijn pad komt moet (bez)wijken.
A
Water
B
Rots
C
Vuur
D
Lucht

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Diapositive

Welke weerbaarheidsstrategie reageert losjes op gedrag, maar zoekt geen confrontatie op? (de-escalerend)
A
Water
B
Rots
C
Vuur
D
Lucht

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Diapositive

Welke weerbaarheidsstrategie zet je in als je net doet of het gedrag er niet is en er geen aandacht aan schenkt?
A
Water
B
Rots
C
Vuur
D
Lucht

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

In welk brein zit je overlevingsreflex?
A
Neo cortex
B
Zoogdierenbrein
C
Reptielenbrein
D
Cognitiebrein

Slide 10 - Quiz

Wat is homeostase?
A
ZEN-modus, je bent in balans
B
Stressmomenten met herstelmomenten
C
Meer stressmomenten en minder herstel
D
Oplopende stress

Slide 11 - Quiz

Signalen van emotionele overbelasting zijn:
A
meer/minder eten, slaapproblemen, alcohol
B
vaak verkouden, laag libido, snelle hartslag
C
geheugenproblemen, concentratieproblemen
D
Humeurig, prikkelbaar, cynisch, piekeren

Slide 12 - Quiz

Wat is het grootste probleem bij overbelasting?
A
Teveel stress
B
Te weinig herstel
C
Te weinig stress
D
Te veel herstel

Slide 13 - Quiz

Cortisolspiegel daalt door:
A
Wedstrijd hardlopen
B
Medicatie
C
Meditatie
D
Alcohol

Slide 14 - Quiz

Een kenmerk van Instrumentele agressie is:
A
Emotioneel
B
Doelbewust
C
Geen realiteitszin
D
Ongenoegen

Slide 15 - Quiz

Wat is het aller belangrijkste als je in een noodsituatie terecht komt?
A
Client helpen
B
Eigen veiligheid eerst
C
Communiceren
D
Collega helpen

Slide 16 - Quiz

Je kan letten op HALO voor meer overzicht en veilig in situaties. Waar staat dit voor?
A
Halt, Aandacht, Lopen, Ontwijken
B
Halt, Aandacht, Lichaam, Omgeving
C
Handen, Afstand, Lichaam, Omgeving
D
Handen, Aandacht, Lichaam, Overzicht

Slide 17 - Quiz

Wat betekend van VUIL naar SCHOON?
A
Zorgen voor een schone omgeving
B
Zorgen dat client zich niet vervuild
C
De-escalerend optreden
D
Van een risicovolle naar veilige ruimte praten

Slide 18 - Quiz

Wat is de 4-stappen methode die je in kan zetten om te begrenzen?
A
Negeren, Stop, Keuze, Handelen
B
LSD, Keuze stellen
C
Handen, Afstand, Lichaam, Omgeving
D
Stop, Overleg, Keuze, Handelen

Slide 19 - Quiz

Wat betekent weerbaarheid?

Slide 20 - Question ouverte

Weerbaarheid 
Weerbaar zijn betekent dat je voor je eigen wensen, grenzen en behoeften kunt opkomen en daarbij rekening houdt met de wensen en grenzen van een ander.

Slide 21 - Diapositive