H5.1 Verbranding & H5.2 ontleding

H5.1 & H5.2
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

H5.1 & H5.2

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning
  • Actualiteit/ activering
  • Planning
  • Verbranding
  • Naamgeving
  • Reagens
  • Nakijken huiswerk

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Branddriehoek
LD: Ik kan de 3 voorwaarden voor verbranding en het blussen van een brand benoemen.     

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

(on)volledige verbranding
LD: Ik kan benoemen wat het verschil is tussen een volledige verbranding en een onvolledige verbranding.

Volledige: genoeg zuurstof.
CO2
Onvolledige: onvoldoende zuurstof.
C   CO 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Naamgeving
LD: Ik kan de volledige naam van moleculen uitschrijven met behulp van de voorvoegsels mono, di, tri, tetra, penta, hexa 


Slide 5 - Diapositive

Voor niet metaal-oxide geldt dat de oxide voorgegaan wordt met een pre-fix (mono, di, tri, ...)

Dit is niet bij metaal-oxides
Geef de naam van:

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef de naam van:

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding
LD: Je kunt benoemen wat een verbrandingsreactie is.

  • Een chemische reactie, waarbij de brandstof reageert met zuurstof.
  • Voorbeeld: 

Slide 8 - Diapositive

Bij een verbranding ontstaat vaak rook, warmte en licht. Dit zijn brandverschijnselen. 

Niet iedere verbranding heeft deze brandverschijnselen. 
Volledige en onvolledige verbranding

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbrandingsreactie
  • volledige en onvolledige verbranding 

atomen in verbinding
volledige verbranding
onvolledige verbranding
C
CO2
C,CO
H
H2O
H2O
S
SO2
SO2

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reagens
LD: Ik kan benoemen wat een reagens is en kan de reagentia benoemen van water, waterstof, zuurstof, koolstofdioxide en zwaveldioxide  

Wordt gebruikt om bepaalde chemische stoffen aan te tonen.
Iedere stof heeft zijn eigen reagentia

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

reagentia

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Reactietype
Verbrandingsreactie:
Brandstof + zuurstof -> ...


Ontledingsreactie:
1 Beginstof -> 2 of meer
reactieproducten

Slide 14 - Diapositive

LD: Ik het verschil tussen een verbrandingsreactie en een ontledingsreactie benoemen.
Ontledingsreacties

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een exotherme reactie?

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een endotherme reactie

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

HW
Havo:  
H5 Paragraaf 1 +2   Opdracht: 1,2,4,5,6,7,9,10,14 + 19,20,21,22,24,26,27,28,30,33a

Vwo:
H5 Paragraaf 1+2
Opdracht 1,2,3,4,,5,8,14 + 15,16,17,18,19,20,23

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Periode opdracht
Praktijk opdrachten+ verslag

Opdracht kun je vinden bij 
Bronnen -> periode opdracht P3 

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions