2.3 en 2.4 - 2a
1 / 19
La durée de la leçon est: 100 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Wie kiest de gemeenteraad?
A
De burgemeester
B
De wethouders
C
De inwoners van de gemeente
D
De koning
Slide 3 - Quiz
Welke taken heeft een waterschap?
Slide 4 - Question ouverte
Om de hoeveel jaar zijn er gemeenteverkiezingen?
A
3
B
4
C
5
D
6
Slide 5 - Quiz
De Tweede Kamerleden van één politieke partij noemen we een:
Slide 6 - Question ouverte
Slide 7 - Vidéo
Wat doet de tweede kamer?
A
Regering controleren
B
Burgemeester controleren
C
Wetten aannemen/afkeuren
D
Wetten verzinnen
Slide 8 - Quiz
Wat is passief kiesrecht?
Slide 9 - Question ouverte
Wie zit niet in de regering?
A
Minister-President
B
Koning
C
Tweede Kamerlid
D
Minister
Slide 10 - Quiz
Wet = geldig
Zet de gebeurtenissen op de juiste volgorde. Wanneer wordt een wet geldig?
Wet wordt voorgesteld door Minister.
Meerderheid Tweede Kamer keurt wet goed.
Meerderheid Eerste Kamer keurt wet goed.
Koning ondertekent wet.
Slide 11 - Question de remorquage
Wanneer heb je stemrecht voor de Tweede Kamerverkiezingen?
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Vidéo
Wat is een referendum?
Slide 14 - Question ouverte
aangewezen
commissaris van de koning
Eerste Kamer
gekozen
Provinciale Staten
provinciehuizen
provincies
Slide 15 - Question de remorquage
Welke taken hebben de provinciale staten?
Slide 16 - Question ouverte
Hoeveel handtekeningen heb je nodig voor een burgerinitiatief?
A
20.000
B
30.000
C
40.000
D
50.000
