Persoonsvorm verleden tijd

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Eens kijken wat jullie nog weten. 

Slide 2 - Diapositive

Bepaal of de volgende woorden de stam of de ik-vorm van het werkwoord zijn. Sleep ze naar de juiste kant. 
stam
ik-vorm
belov
reis
beginn
presenteer
kled
pas
zit
wiss
schrijv
fotografeer

Slide 3 - Question de remorquage

Wanneer krijg je in de tegenwoordige tijd bij een persoonsvorm alleen de ik-vorm?
A
Als je/jij achter de persoonsvorm staat
B
Als je/jij vóór de persoonsvorm staat
C
Als hij/zij/het achter de persoonsvorm staat
D
Als hij/zij/het vóór de persoonsvorm staat

Slide 4 - Quiz

Vul het werkwoord in de juiste vorm in:
Je (besteden) . . . daar écht te weinig aandacht aan.

Slide 5 - Question ouverte

Persoonsvorm verleden tijd - de regels
Onderwerp
Regel
Voorbeeld
ik / ... jij?
ik-vorm+te
ik-vorm+de
Ik maakte mijn huiswerk. 
Maakte jij je huiswerk?
jij ...
ik-vorm+te
ik-vorm+de
Jij maakte je huiswerk. 
Hij / zij / het / u
ik-vorm+te
ik-vorm+de
Hij maakte zijn huiswerk. 
Het maakte niet uit. 
wij / zij / jullie
ik-vorm+ten
ik-vorm+den
Wij maakten ons huiswerk. 
Jullie maakten jullie huiswerk. 

Slide 6 - Diapositive

Hoe weet je nou of het +de of +te is?

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

't kofschip
  • Als je de stam hebt van een woord, kijk je naar de laatste letter.
  • Als die letter in ‘t kofschip zit, krijg je + te(n) als uitgang.
  • Zit de laatste letter er niet in, krijg je +de(n) als uitgang.

      Ik (stofzuigen) gisteren mijn slaapkamer.
            stofzuigen > stofzuigen
            g is geen medeklinker in ‘t kofschip
            ik stofzuigde gisteren mijn slaapkamer.

Slide 9 - Diapositive

De hond van de buren (keffen) de hele dag.
        Keffen > keffen
        f is een medeklinker in ‘t kofschip
        De hond van de buren kefte de hele dag.
William Shakespeare (leven) van 1564 tot 1616.
        leven > leven
        v is geen medeklinker in ‘t kofschip
        William Shakespeare leefde van 1564 tot 1616.

Slide 10 - Diapositive

Onregelmatige werkwoorden
Niet alle werkwoorden van de Nederlandse taal zijn regelmatig.
Onregelmatige werkwoorden (sterke werkwoorden)
Helaas zit hier geen regel aan.
Loop - liep
Zie - zag

Slide 11 - Diapositive

Vul het werkwoord in de verleden tijd in:
Jij (besteden) . . . daar écht te weinig aandacht aan.

Slide 12 - Question ouverte

Ik heb het helemaal begrepen.
ja
een beetje
nee

Slide 13 - Sondage

Stel je vraag/vragen over het onderwerp (als je geen vragen hebt, vul je niets in).

Slide 14 - Question ouverte

Opdrachten maken
Studiemeter > Starttaal Online > 3F > Taalverzorging
> Instaptoets
Klaar?
 Studiemeter > Starttaal Online > 3F > Taalverzorging > werkwoordspelling > tegenwoordige tijd

Slide 15 - Diapositive