§2.3 Burgers aan de macht

§2.3 Burgers aan de macht

1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

§2.3 Burgers aan de macht

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag? 
- Welkom! 
- Start §3 uitleg 
- Aan de slag!
- par. 3 uitleg afmaken
- Afsluiting

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Je kunt uitleggen:
- Hoe de Republiek wordt bestuurd en wat daar bijzonder aan is
- De de stadhouder en de regenten soms verschillende belangen hebben
- Hoe de Gouden Eeuw ten einde komt

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Zet de bevolkingsgroepen van de Republiek op de juiste plek van de sociale piramide
Loonarbeiders
Armen
Rijke handelsfamilies
Winkeliers en ambachtslieden

Slide 5 - Question de remorquage

Bijzonder bestuur
Het bestuur van de Republiek is bijzonder om twee redenen
De macht is in handen van regenten 
De regenten verdelen de macht onder zichzelf
In de Gewestelijke Staten besturen de gewesten zichzelf. De Republiek is dus niet centraal bestuurd, behalve in de Staten-Generaal

Slide 6 - Diapositive

Bijzonder bestuur
Eén overeenkomst in heel Europa
Besturen was voor mannen:
- Konden het beste leiding geven
MAAR... vrouwen werkten wel 

Slide 7 - Diapositive

Bestuur van de Republiek was in de 17e eeuw in twee opzichten anders tegenover andere landen in Europa:
  1. Republiek geregeerd door kleine groep rijke mannen: regenten —> bestuurden steden en gewesten —> nieuwe bestuurders werden benoemd door regenten.
    In het buitenland = koning/vorst.
  2.  Geen centraal bestuur; gewesten hadden eigen bestuur, wetten en regels. 

Slide 8 - Diapositive

Bestuur Republiek
Zeven gewesten, die ieder hun eigen bestuur hadden:
  • Gewestelijk Staten
  • Daarin zaten afgevaardigden van de steden én van de adel, die het platteland
    bestuurde.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Bestuur Republiek
Samen namen de gewesten in de Staten-Generaal beslissingen over:
  • buitenlandse politiek;
  • verdediging van het land (leger & vloot);
  • kolonies.


Slide 11 - Diapositive

Gewest Holland
  • Elk gewest had 1 stem in de Staten-Generaal.
  • Holland het rijkste gewest: meeste invloed.
    --> betaalden het meeste aan leger en vloot.  

Slide 12 - Diapositive

Regenten
Stadhouders

Slide 13 - Diapositive

Twee machthebbers
In de Republiek spelen twee mannen een grote rol
Stadhouder
Hij geeft leiding aan het leger en de vloot. Hij werkt voor de Gewestelijke Staten
Raadspensionaris
Hij is de hoogste ambtenaar van Holland en leidt de buitenlandse politiek
Vergelijkbaar met de minister-president (Mark Rutte)
Vergelijkbaar met de commandant der strijdkrachten (Onno Eichelsheim)

Slide 14 - Diapositive

Aan het hoofd van de Republiek
  1. Stadhouder
    - Leider leger en vloot, in dienst van Gewestelijke Staten
    - Altijd een afstammeling van Willem van Oranje. 

  1. Raadpensionaris
    - Hoogste ambtenaar uit het gewest Holland
    - Adviseerde Staten-Generaal over buitenlandse politiek en onderhield contact andere landen. 

Slide 15 - Diapositive

Taken van de stadhouder
Taken van de raadspensionaris
Bevel over het leger
Contact onderhouden met het buitenland
Leidt de buitenlandse politiek
Adviseert de Staten-Generaal

Slide 16 - Question de remorquage

Vrouwen in de Republiek
  • Overal: besturen een mannenzaak.
  • Zij stonden aan het hoofd van het gezin.
  • Mannen hadden de belangrijkste banen (politiek).
  • Maar! Veel vrouwen verdienden in de Republiek hun eigen geld.

Slide 17 - Diapositive

Ruzie tussen stadhouder en raadspensionaris 

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

  • Na 1648 had stadhouder weinig macht meer (einde 80 jarige oorlog).
  • Stadhouder Willem II teleurgesteld; hij wilde doorvechten.
  • Regenten blij met vrede; beter voor handel en economie.

Slide 20 - Diapositive

Verandering bestuur
  • Regenten verkleinden het leger. 
  • Willem II was boos!
  • Na dood Willem II (1650); geen nieuwe stadhouder.

  • Raadspensionaris Johan de Witt was nu de machtigste bestuurder in Republiek. Hij bezuinigde op het landleger, niet op vloot.

Slide 21 - Diapositive

Johan de Witt
Willem II

Slide 22 - Diapositive

Stadhouderloos
Na de oorlog --> stadhouder overbodig
Vanaf 1650 heeft de Republiek geen stadhouder meer
De raadspensionaris Johan de Witt wordt de machtigste man
Hij bezuinigt op het landleger, niet op de vloot

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Stadhouderloos
In 1672 aanval van ENG, FR en DUI op de Republiek

Engeland
Wilde de handel overnemen
Frankrijk
Koning (Lodewijk XIV) land uitbreiden
Duitsland
Macht van de Republiek breken

Slide 25 - Diapositive

Stadhouderloos
Op zee --> Engeland verslagen
FR en DUI bezetten veel gebied
Daarom.. het Rampjaar (1672)

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Stadhouder is terug
Johan de Witt kreeg de schuld en werd vermoord
Willem III werd stadhouder --> oorlog ging door
Koste veel geld --> 1700 einde Gouden Eeuw

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Rampjaar

Slide 30 - Diapositive

Het rampjaar

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Vidéo

Slide 33 - Vidéo

Rampjaar 1672

Slide 34 - Diapositive

Rampjaar 1672

Slide 35 - Diapositive

Aan de slag

Wat? opdracht 8 t/m 11 van par. 3
Hoe? individueel
Tijd? 15 minuten 


timer
15:00

Slide 36 - Diapositive

Afsluiting
Je kunt uitleggen:
- Hoe de Republiek wordt bestuurd en wat daar bijzonder aan is
- De de stadhouder en de regenten soms verschillende belangen hebben
- Hoe de Gouden Eeuw ten einde komt


Slide 37 - Diapositive

Opdracht --> Werk uit.
Werk in tweetallen.
Opdracht 1: Stadhouder en Raadspensionaris - Wie zijn ze?
-Schrijf een korte definitie van de functies van de stadhouder en de raadspensionaris.
-Wie was Willem van Oranje?
-Waarom is de stadhouder vaak een lid van het Huis van Oranje?

Opdracht 2: Vergelijking Stadhouder en Raadspensionaris
-Maak een vergelijkingstabel waarin je de taken en bevoegdheden van de stadhouder en de raadspensionaris opneemt.
--> Denk hierbij aan hun politieke rol, macht, en relatie met andere bestuursorganen.



Slide 38 - Diapositive