1 Een bevel tot voorlopige hechtenis kan worden gegeven in geval van verdenking van:
a. een misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaren of meer is gesteld;
b. een der misdrijven omschreven in de artikelen 132, 138a, 138aa, 138ab, 138b, 138c, 139c, 139d, eerste en tweede lid, 139g, 140, tweede lid, 141a, 137c, derde lid, 137d, eerste lid, 137e, tweede lid, 137g, tweede lid, 151, 184a, 251, 254b, 254ba, 254c, 272, 284, eerste lid, 285, eerste lid, 285b, 285c, 285d, 300, eerste lid, 321, 326c, tweede lid, 326d, 340, 342, 344a, 344b, 347, eerste lid, 350, 350a, 350c, 350d351, 372, 395, 417bis, 420bis.1, 420quater en 420quater.1 van het Wetboek van Strafrecht;
c. een der misdrijven omschreven in: ......
........