Nieuw!
Het werkwoord: aspect
Het verschil tussen
toestand en
gebeurtenis
Toestand
Gisteren scheen de zon.
Wij dronken thee en aten koekjes.
De kinderen lagen te slapen.
Gebeurtenis
Ik viel van m’n stoel van het lachen.
Het meisje maakte een tekening en liet deze aan haar moeder zien.
Toen het regende en de zon scheen, verscheen er een regenboog.