H7.3

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Welkom!

Inloggen LessonUp en pak je rekenmachine!

Doelen

In deze les leer je:

• Voorbeelden van enkele belangrijke overheidsinkomsten
• Het verschil tussen directe en indirecte belastingen
• dat sommige belastingen gebaseerd zijn op het draagkrachtbeginsel
• dat andere belastingen gebaseerd zijn op het profijtbeginsel

Hoe komt de overheid aan geld?

Inkomen van de overheid:

• belastinginkomsten
• niet-belastinginkomsten

Welke soort belastingen zijn er?

Soorten belasting

• Inkomstenbelasting (loonbelasting)
  
• Vennootschapsbelasting
  
• BTW
  
• Accijns
• Motorrijtuigenbelasting

Accijns

Accijns = een extra belasting op bepaalde producten met als doel het gebruik te  verminderen

• Benzine
• Alcohol
• Tabak

Subsidies

Subsidie = financiële bijdrage van de overheid om mensen en bedrijven te stimuleren

• Sporten
• Museumbezoek
• Milieuvriendelijker produceren
• ...

Dus:

Wil de overheid iets afremmen?

Wil de overheid iets stimuleren?

Accijns

Subsidie

Niet-belasting ontvangsten

• Aardgasinkomsten
• Winst uit overheidsbedrijven (NS, KLM,   Nederlandse Loterij)
• Boetes

Niet-belastingontvangsten

Leges

Boetes

Staatsloterij

Winst uit staatsbedrijven

Directe en Indirecte belasting

Indirecte belastingen

- BTW

- Accijns

Directe belastingen

-Loon en inkomstenbelasting

-Vennootschapsbelasting

Hoe komt de overheid aan geld

Draagkrachtbeginsel

• mensen met een hoger inkomen en/of vermogen, betalen in verhouding meer belasting
• Doel: verschil tussen arm en rijk wordt kleiner

7.3 Hoe komt de overheid aan geld?

Profijtbeginsel

• Je betaald wanneer je ergens gebruik van maakt
• bijvoorbeeld motorrijtuigenbelasting, leges

• Motorrijtuigenbelasting (gewicht en brandstof)
• BPM (aankoop, uitstoot)
• Accijns (tanken, verbruik)

Blz 198 Opg. 2

Blz 199 Opg. 4

Waarvoor staat de afkorting
BTW?

1. Belasting Toegepaste Waarde
2. Belasting Toegepaste Winst
3. Belasting Toegevoegde Waarde
4. Belasting Toegevoegde Winst

Jouw nieuwe sneakers kosten € 69. Hoe bereken je het bedrag aan BTW dat je hebt betaald?

1. € 69 : 100 x 21
2. € 69 : 21 x 100
3. € 69 : 121 x 21
4. € 69 : 21 x 121

Door accijns wordt de prijs van een product ...

1. hoger
2. lager

Op welke producten heft de overheid accijns?

1. plastic tasjes
2. ongezond eten
3. elektriciteit
4. bier en wijn

Door subsidies wil de overheid het gebruik van bepaalde producten ...

1. afremmen
2. stimuleren

Subsidies

Accijns

Niet 

belasting-ontvangsten

Maken h7.3

Opdracht: 3, 5, 6, 7, 8, 9 en 10

Maak eerst opdracht 8, die gaan wij zo bespreken.

Klaar? Lezen h7.4 of maken herhalingsopdrachten.