Herhalen Grammatica - woordsoortbenoeming

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

woordsoorten benoemen

Herhalen

• werkwoorden
• lidwoorden
• zelfstandige naamwoorden
• bijvoeglijke naamwoorden
• voorzetsels 

werkwoorden

.

ik ................ speel                                            ik heb .....                gespeeld

hij .............. speelt                                           hij heeft ...             gespeeld

wij ............. spelen                                          wij hebben ....      gespeeld

1. De kat speelt met een propje papier.

2. Het heeft de hele dag geregend.

3. Ik wil dit nog even met je oefenen.

lidwoorden

lidwoord: HET

Welke lidwoorden zijn er?

Is HET een lidwoord in de volgende zin?


Ik vind het best makkelijk!

1. lidwoord
2. geen lidwoord

Is HET een lidwoord in de volgende zin?


HET antwoord kan ik snel geven.

1. lidwoord
2. geen lidwoord

zelfstandig naamwoord

sneeuwen - gooien - sneeuwschep

paraplu - vallen - waait

agent - arresteren - protesteert

Bijvoeglijk naamwoord

De sneeuw veranderde in een grijze blubber door de harde regen.

De ontevreden leerlingen schreeuwden over de grote hoeveelheid huiswerk.

voorzetsels

Helaas gaat ook nu, in verband met de dooi, het schaatsen niet lukken. Wij zullen op deze dag echter wel een alternatief programma aanbieden.

Uitleg

H. Maak een zin met een bouwplan. 

ww = werkwoord

lw = lidwoord

zn = zelfstandig naamwoord

bn = bijvoeglijk naamwoord

vz = voorzetsel

 

lw - bn - zn - ww

lw - znw - ww - vz – lw – znw

Maken: Bijspijkeren - grammatica

Kies uit: 

• Bijspijkeren les 2.5 werkwoorden
• Bijspijkeren les 3.6 zelfstandig nw
• Bijspijkeren les 3.7 lidwoord
• Bijspijkeren les 5.5 bijvoeglijk nw
• Bijspijkeren les 5.6 voorzetsel