4 Basis Het hormoonstelsel (b.s.6)

b.s 6: Het hormoonstelsel
1 / 49
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 49 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

b.s 6: Het hormoonstelsel

Slide 1 - Diapositive

Terugblik

Slide 2 - Diapositive

Bekijk de afbeelding.
Is dit een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 3 - Quiz

Bekijk de afbeelding.
Is dit een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 4 - Quiz

Bekijk de afbeelding.
Is dit een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 5 - Quiz

Bekijk de afbeelding.
Is dit een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 6 - Quiz

Op welke plek wordt een bewuste reactie verwerkt?
A
Ruggenmerg
B
Grote hersenen
C
Hersenstam
D
Zenuwen

Slide 7 - Quiz

Verlopen de impulsen van een reflex via de schakelcellen in de grote hersenen?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

Tijdens een reflex worden de impulsen via gevoelszenuwcellen naar schakelcellen in je ruggenmerg geleid. De schakelcellen geleiden de impulsen direct door naar de bewegingszenuwcellen.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Je stoot je teen aan de tafelpoot. Hierdoor trek je jouw voet automatisch terug.
Welke weg leggen de impulsen af om ervoor te zorgen dat je automatisch je voet terugtrekt?
A
De impulsen worden direct naar de hersenen gestuurd.
B
De impulsen worden via schakelcellen naar de hersenen gestuurd.
C
De impulsen worden direct naar de beenspieren gestuurd.
D
De impulsen worden via schakelcellen naar de beenspieren gestuurd.

Slide 10 - Quiz

0

Slide 11 - Vidéo

Hormoonstelsel
Hormonen regelen langzame processen:

Slide 12 - Diapositive

Hormonen
  • Hormoonklieren  maken hormonen
  • Hormonen komen in het bloed
  • Via het bloed komen ze bij alle organen van het lichaam

Slide 13 - Diapositive

Verschillende klieren
Gewone klier:
Heeft een afvoerbuis, zoals speekselklier en zweetklier
Hormoonklier:
maakt hormonen
Heeft geen afvoerbuis: geeft hormonen af aan het bloed

Slide 14 - Diapositive

Hormonenklieren die je moet kennen:

  1. Bijnieren  - adrenaline
  2. Eilandjes van Langerhans (in de alvleesklier)  - insuline 
  3. Teelballen (Thema voortplanting)
  4. Eierstokken (Thema voortplanting)

Slide 15 - Diapositive

Eierstokken en teelballen
Maken geslachtshormonen. 
De geslachtshormonen zorgen voor de secundaire geslachtskenmerken

Slide 16 - Diapositive

Eilandjes van langerhans
In de alvleesklier liggen de eilandjes van langerhans. Dit zijn groepjes cellen die hormonen maken. Deze hormonen regelen hoeveel suiker (glucose) er in je bloed zit. Bij gezonde mensen is het aantal glucose in het bloed altijd ongeveer hetzelfde (constant). Dit wordt bloedsuikerspiegel genoemd. Als de eilandjes van Langerhans niet (goed) werken blijft er teveel suiker in het bloed zitten. Deze mensen hebben suikerziekte (diabetes). 

Slide 17 - Diapositive

Bijnieren
Liggen als kapjes bovenop de nieren. Ze maken het hormoon adrenaline. Deze komt vrij als je schrikt of bang bent of spanning voelt. 
Adrenaline doet je hartslag en ademhaling stijgen en er komt suiker vrij in het bloed. Hierdoor kunnen je spieren nu veel beter werken en kun je veel harder rennen of vechten. 

Slide 18 - Diapositive

TADAAA
Kan ik in een afbeelding de belangrijkste hormoonklieren benoemen?



Ja, makkie
Ja, maar ik moet er wel over nadenken
Nee, ik raak nog erg in de war
Ik snap dit niet goed
Ik snap er helemaal niets van

Slide 19 - Sondage

TADAAA
Kan ik de werking beschrijven van hormonen uit de eilandjes van Langerhans?



Ja, makkie
Ja, maar ik moet er wel over nadenken
Nee, ik raak nog erg in de war
Ik snap dit niet goed
Ik snap er helemaal niets van

Slide 20 - Sondage

TADAAA
Kan ik de werking beschrijven van het hormoon uit de bijnieren?


Ja, makkie
Ja, maar ik moet er wel over nadenken
Nee, ik raak nog erg in de war
Ik snap dit niet goed
Ik snap er helemaal niets van

Slide 21 - Sondage

Maak opdracht 2

Slide 22 - Diapositive

Maak opdracht 3

Slide 23 - Diapositive

Maak opdracht 4

Slide 24 - Diapositive

Maak opdracht 5

Slide 25 - Diapositive

Maak opdracht 6

Slide 26 - Diapositive

Maak opdracht 7

Slide 27 - Diapositive

Maak opdracht 8

Slide 28 - Diapositive

Maak opdracht 9

Slide 29 - Diapositive

Maak opdracht 10

Slide 30 - Diapositive

Maak opdracht 1

Slide 31 - Diapositive

YEAH!!! Een quizje!!

Slide 32 - Diapositive

Adrenaline wordt gemaakt in
A
alvleesklier
B
schildklier
C
hypofyse
D
bijnieren

Slide 33 - Quiz

1. Het hormoonstelsel regelt processen in het lichaam door hormonen af te geven

2. Het zenuwstelsel regelt processen in het lichaam door impulsen
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1 waar 2 nietwaar
D
1 nietwaar 2 waar

Slide 34 - Quiz

Hoe worden hormonen verspreidt?

Slide 35 - Question ouverte

HORMOONSTELSEL
ZENUWSTELSEL
snel
langzaam
impulsen
via bloed
kort
langdurig
via zenuwen
hormonen

Slide 36 - Question de remorquage

Welke hormonen horen bij welke klier?
Groeihormoon
Schildklierhormoon
Adrenaline
Insuline
Glucagon
Testosteron
Progesteron
Oestrogeen

Slide 37 - Question de remorquage

Bekijk de afbeelding nog een keer.
Door hormoon 2 uit de hypofyse trekken de spiercellen bij U samen.
Wat gebeurt er als de spiercellen bij U samentrekken?

Slide 38 - Question ouverte

Wanneer een baby aan de tepel zuigt, zal de borst melk afgeven. Dit wordt ook wel de toeschietreflex genoemd.
Geef aan of de volgende bewering over de hypofyse en de toeschietreflex juist of onjuist is.

Het afgeven van melk door de moeder is een bewuste reactie.

A
juist
B
onjuist

Slide 39 - Quiz

Welke levensfuncties stuurt de hersenstam aan?
A
Hartslag
B
Hormonen
C
Afweer
D
Geen

Slide 40 - Quiz

Welke hormonen regelen het glucosegehalte in je bloed?
A
Hypofyse
B
Bijnieren
C
Schildklier
D
Eilandjes van Langerhans

Slide 41 - Quiz

Welk hormoon maken de bijnieren?
A
Glucagon
B
Adrenaline
C
Testosteron
D
Insuline

Slide 42 - Quiz

Tijdens een rit in een achtbaan komt er meer adrenaline in het bloed. Waar wordt dit hormoon gemaakt?
A
In de alvleesklier
B
In de bijnieren
C
In de hypofyse
D
In de schildklier

Slide 43 - Quiz

De bijnieren hebben geen afvoerbuis en geven de hormonen af aan het bloed
A
Juist
B
Onjuist

Slide 44 - Quiz

Hoe worden hormonen verspreid?
A
Wordt op de juiste plek geproduceerd
B
Via zweetklieren
C
Via lymfe
D
Via bloed

Slide 45 - Quiz

Welke maakt hormonen?
A
B

Slide 46 - Quiz

Hoe noem je de signaaltjes waarmee je zenuwstelsel communiceerd?
A
Prikkels
B
Impulsen
C
Stroompjes
D
Hormonen

Slide 47 - Quiz

1. Het hormoonstelsel regelt processen in het lichaam door hormonen af te geven

2. Het zenuwstelsel regelt processen in het lichaam door impulsen
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1 waar 2 nietwaar
D
1 nietwaar 2 waar

Slide 48 - Quiz

Wat regelen de hormonen uit de alvleesklier?
A
Adrenaline in je bloed
B
Hoeveelheid suiker in je bloed
C
Geven hormonen af
D
Zorgen voor verbranding

Slide 49 - Quiz