Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
A2 5.11 - Grammatica Zinsdeelzinnen
Grammatica
ZINSDEELZINNEN
Aan het einde van de les kun je:
Verschillende zinsdeelzinnen herkennen
in een samengestelde zin
1 / 23
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
23 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
2 vidéos
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Grammatica
ZINSDEELZINNEN
Aan het einde van de les kun je:
Verschillende zinsdeelzinnen herkennen
in een samengestelde zin
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Slide 3 - Vidéo
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
Hoofdzin
Bij een hoofdzin staan
persoonsvorm
en
onderwerp
naast elkaar. Er past (bijna nooit) een woord tussen.
De persoonsvorm staat op de eerste of tweede plaats.
Slide 4 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
Bijzin
Bij een bijzin kan of staat er een
woord tussen
de
persoonsvorm
en het
onderwerp
. Er past dus een woord tussen.
Een bijzin kun je (meestal) vervangen door
één woord
of woordgroep.
De persoonsvorm staat vaak achter in de zin.
Slide 5 - Diapositive
Ik blijf vandaag binnen, omdat het zo hard regent.
A
hz + hz
B
hz + bz
C
bz + hz
Slide 6 - Quiz
Wie het boeket vangt, mag als volgende trouwen!
A
hz + hz
B
hz + bz
C
bz + hz
Slide 7 - Quiz
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
nevenschikking en onderschikking
Als twee zinnen van
hetzelfde niveau
naast elkaar staan, dan noemen we dit
nevenschikkig
.
Als twee zinnen van een
ander niveau
naast elkaar staan, dan noemen we dit
onderschikking
.
Slide 8 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen
Een bijzin is altijd een zinsdeel van de hoofdzin. En omdat dit een zin is, noemen we dit een
zinsdeelzin
.
We kennen de volgende zinsdeelzinnen:
ow-zin, lv-zin, , mv-zin en bwb-zin.
Slide 9 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen
1. Zoek de
bijzin
.
2. Vervang de bijzin door
één woord
(of woordgroep).
3.
Ontleed
de hoofdzin.
4. Het zinsdeel van het woord is ook de
zinsdeelzin
.
Slide 10 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen
Ik blijf vandaag binnen,
omdat het zo hard regent
.
Daarom
blijf ik vandaag binnen.
bwb-zin = omdat het zo hard regent
Slide 11 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen
Wie het boeket vangt
, mag als volgende trouwen!
Z
ij
mag als volgende trouwen!
ow-zin = Wie het boeket vangt
Slide 12 - Diapositive
Wat is de bijzin?
Veel reizigers waren doordat het zo hard sneeuwde, op het NS-station gestrand.
A
Veel reizigers
B
op het NS-station gestrand
C
Veel reizigers waren
D
doordat het zo hard sneeuwde
Slide 13 - Quiz
Hoe benoem je de bijzin?
Veel reizigers waren doordat het zo hard sneeuwde, op het NS-station gestrand.
A
ow-zin
B
bwb-zin
C
lv-zin
D
mv-zin
Slide 14 - Quiz
Wat is de bijzin?
'Ze hebben de hond die me laatst gebeten heeft, moeten afmaken.'
A
ze hebben moeten afmaken
B
de hond die me laatst gebeten heeft
C
ze hebben
D
de hond
Slide 15 - Quiz
Hoe benoem je de bijzin?
Ze hebben de hond die me laatst gebeten heeft, moeten afmaken.
A
ow-zin
B
bwb-zin
C
lv-zn
D
mv-zin
Slide 16 - Quiz
Wat is de bijzin?
'Wie de hele waarheid wil kennen, moet vroeg opstaan'
A
wie wil kennen
B
moet vroeg opstaan
C
wie de hele waarheid wil kennen
D
moet vroeg opstaan
Slide 17 - Quiz
Hoe benoem je de bijzin?
Wie de hele waarheid wil kennen, moet vroeg opstaan.
A
ow-zin
B
bwb-zin
C
lv-zin
D
mv-zin
Slide 18 - Quiz
Wat is de bijzin?
'Wie geen goede uitspraak van het Spaans heeft zal ik extra oefeningen geven.'
A
Wie geen goede uitspraak van het Spaans heeft
B
Zal ik extra oefeningen geven
C
Er is geen bijzin
D
extra oefeningen geven
Slide 19 - Quiz
Hoe benoem je de bijzin?
Wie geen goede uitspraak van het Spaans heeft zal ik extra oefeningen geven.
A
ow-zin
B
mv-zin
C
vv-zin
D
bwb-zin
Slide 20 - Quiz
Stappenplan bijzin benoemen
1. Wat is de hoofdzin en wat is de bijzin?
2. Vervang de bijzin door een woord.
3. Ontleed de hoofdzin met het woord en benoem dan de bijzin.
Slide 21 - Diapositive
Aan de slag! (5 min.)
Slide 22 - Diapositive
Aan de slag!
Slide 23 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
H5 Zinsdeelzinnen
Mars 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Zinsdeelzinnen
Septembre 2024
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
27/01/2023 2B Zinsdeelzinnen
Janvier 2023
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2tha1 Zinsdeelzinnen
Février 2024
- Leçon avec
32 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Zinsdeelzinnen
Février 2024
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Grammatica zinsdelen: samengestelde zinnen
Janvier 2021
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
Grammatica zinsdelen: zinsdeelzin
Avril 2022
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Grammatica zinsdelen: samengestelde zinnen
Novembre 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3