Les 15 0F

Hey!
Goed dat je er bent!
Pak jouw spullen alvast:
  • Pak je I-pad
  • Log alvast in bij LessonUp
  • Hou Score op de achtergrond klaar.
timer
3:00
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hey!
Goed dat je er bent!
Pak jouw spullen alvast:
  • Pak je I-pad
  • Log alvast in bij LessonUp
  • Hou Score op de achtergrond klaar.
timer
3:00

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning
  • Verhoudingstabel (herhaling)
  • Klokkijken
  • Rekenen met Tijd
  • Aanzichten
  • Metriekstelsel M-G-L

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gewichtsmaten omrekenen
Kilometer        Kilogram       Kiloliter
Hectometer   Hectogram  Hectoliter
Decameter     Decagram    Decaliter
Meter                Gram               Liter
Decimeter       Decigram     Deciliter
Centimeter     Centigram   Centiliter
Millimeter       Milligram      Milliliter


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Maken: opgaven van Les 15



Klaar? Maak je rode cirkels en daarna mag je stil iets voor je zelf doen.
timer
4:00

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld
De voorstelling begint om 21:15
en is om 23:45 afgelopen.
Hoe lang duurt de voorstelling?

21:15 tot 22:00 is 45 minuten
22:00 tot 23:00 is 1 uur
23:00 tot 23:45 is 45 minuten

45 minuten + 1 uur + 45 minuten =
1 uur en 90 minuten =
2 uur en 30 minuten

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De wiskundeles begint om 10:45 en eindigt om 12:15.
Hoe lang duurt de les?

Schrijf het antwoord zo op: ... uur en ... minuten

Slide 7 - Question ouverte

Maak stapjes:
Van 10:45 tot 11:00 is 15 minuten.
Van 11:00 tot 12:00 is 1 uur.
Van 12:00 tot 12:15 is 15 minuten.
Tel de uren en minuten bij elkaar op. Elke 60 minuten tel je natuurlijk ook als een uur.
De film begint om 19.30 uur en eindigt om 21.45 uur.
Hoe lang duurt de film?

Schrijf het antwoord zo op: ... uur en ... minuten

Slide 8 - Question ouverte

Maak stapjes:
Van 19:30 tot 20:00 is 30 minuten.
Van 20:00 tot 21:00 is 1 uur.
Van 21:00 tot 21:45 is 45 minuten.
Tel de uren en minuten bij elkaar op. Elke 60 minuten tel je natuurlijk ook als een uur.
Je maakt een gerecht dat in de oven gaar moet worden.
Dat duurt 70 minuten. Je stopt het om 17.45 in de oven.
Hoe laat is het klaar?

Slide 9 - Question ouverte

Tel de duur bij de begintijd op:

70 minuten is hetzelfde als 1 uur en 10 minuten.

17:45 + 1 uur = 18:45
18:45 + 10 minuten = 18:55



De voetbalwedstrijd van Kai begint om 14:00. De wedstrijd duurt 2 keer 45 minuten met daartussen een pauze van 15 minuten. Hoe laat is de wedstrijd afgelopen?

Slide 10 - Question ouverte

Reken eerst de totale duur uit:
3 kwartier is 45 minuten.
45 + 15 minuten = 60 minuten = 1 uur
1 uur + 45 minuten = 1 uur en 45 minuten.

Tel de duur op bij de begintijd:
14:00 + 1 uur = 15:00
15:00 + 45 minuten = 15:45



Verschillende aanzichten

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanzichten
Een aanzicht van een ruimtelijk figuur is wat je ziet als je er van een bepaalde kant naar kijkt zonder diepte te zien

voorkant
bovenkant
zijkant

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorkant
Vooraanzicht
 Kijk je naar de voorkant dan noem je dat het vooraanzicht.
Een aanzicht is een vlak figuur. 
In het vooraanzicht zie je de breedte en de hoogte van het hondenhok.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

zijkant
zijaanzicht
 Kijk je naar de zijkant dan noem je dat het zijaanzicht.
Een aanzicht is een vlak figuur.
In het zijaanzicht zie je de lengte en de hoogte van het hondenhok.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de namen 
bij het juiste aanzicht
vooraanzicht
zijaanzicht
bovenaanzicht

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat  is het vooraanzicht?
A
B
C
D

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat  is het bovenaanzicht?
A
B
C
D

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Rechts zie je een ...
A
vooraanzicht
B
recht zijaanzicht
C
linker zijaanzicht
D
bovenaanzicht

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk aanzicht is getekend naast het bouwwerk?
A
Vooraanzicht
B
Zijaanzicht
C
Bovenaanzicht
D
Geen van allen

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions