ADL en zelfredzaamheid 4 (voorbeeldles)

• ADL
• MBO
• Studiejaar 1

ADL EN ZELFREDZAAMHEID

zelfredzaamheid

Programma

1. voorkennis: opdracht 9, 10, 11 bespreken.

2. Theorie:

• zelfredzaamheid

3. kennis testen.

4. zelfstandig werken.

Hoe kijk je uit naar deze nieuwe lesweek? In 1 woord of een foto.

opdracht 9:
welk sensitief gedrag
heb je gezien?

afhankelijk

niet afhankelijk

opdracht 11: 

 Laura heeft gemerkt dat Mieke een poepluier heeft. Ze is aan het kletsen met haar collega. Ze laat Mieke wachten tot de vakantieverhalen klaar zijn. Ze loopt naar Mieke en tilt haar onverwacht op. Mieke schrikt en begint te huilen. ‘Je moet niet huilen hoor. We gaan een schone luier aantrekken’, zegt Laura. Mieke wil meehelpen met het uittrekken van haar sokjes, maar dat duurt Laura te lang. Ze doet het snel zelf. Terwijl ze de luier uittrekt, overlegt ze met een andere collega. Ze regelen wie straks met de kinderen naar buiten gaat. Mieke probeert om te rollen. ‘Niet doen’, zegt Laura. Ze legt Mieke weer op haar rug, houdt haar stevig vast en gaat verder met het aankleden van het meisje. Als ze klaar is, neemt ze Mieke mee naar de groepsruimte. Mieke strekt haar armpjes uit naar een knuffelbeer. Laura loopt verder en zet Mieke op de mat. Ze geeft haar wat blokken om mee te spelen.

Zelfredzaamheid

Steeds beter voor jezelf kunnen zorgen.

Kennis (weten) en houding (willen).

Zelfvertrouwen

Vertrouwen van het kind in zijn eigen capaciteiten:

je gelooft dat je het kunt.

Respect voor de autonomie

Zelf keuzes mogen maken.

Zelf dingen uitproberen

Zelf verantwoordelijkheid hebben.

zelfvertrouwen

zelfredzaamheid

zelfredzaamheid stimuleren

• experimenteren
• voordoen en uitleg geven

Voorbeeld van hoe je zelfredzaamheid stimuleert in de praktijk:

zelfstandig werken

Boom: opdracht 13 en 14

Let op: kies bij 14 zelf 1 van de voorbeelden.