PD 6. Invloed op politieke besluiten

3.6 Invloed op politieke besluiten
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.6 Invloed op politieke besluiten

Slide 1 - Diapositive

'Systeemtheorie' David Easton
Fase 4
Fase 3
Fase 2
Fase 1

Slide 2 - Diapositive


Omgevingsfactoren
In de praktijk kunnen omgevingsfactoren het proces van besluitvorming verstoren.

Events = onvoorziene gebeurtenissen veranderen de situatie (bv. een natuurramp of economische crisis).
Trends = gebeurtenissen die een politicus kan zien aankomen (bv. vergrijzing, automatisering en klimaatverandering).

Slide 3 - Diapositive

Op welke manieren kan je als burger
invloed hebben op de politiek?

Slide 4 - Carte mentale

Actor: burgers

  1. Stemmen.
  2. Actie voeren.
  3. Politieke partij (lid worden/oprichten)
  4. De media benaderen.
  5. Spreekrecht.
  6. Een burgerinitiatief starten.
  7. Een bezwaarschrift indienen of naar de rechter stappen.
  8. Een petitie tekenen of starten.
  9. Overgaan tot burgerlijke ongehoorzaamheid.

(bij 40.000 handtekeningen MOET de Tweede Kamer over het voorstel stemmen).
Hoe kunnen burgers invloed hebben?

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo


Actor: pressiegroepen
= groepen die invloed proberen uit te oefenen op de politieke besluitvorming.


Actiegroep =
opgericht om één bepaalde doelstelling te bereiken (bijvoorbeeld: dierenwelzijn).
Belangengroep =
behartigt belangen van een groep mensen (bijvoorbeeld de ANWB).
Lobbyen
Actie voeren

Slide 7 - Diapositive

Lees dit artikel en denk na over de volgende twee vragen:
  1. Over welke fase van het besluitvormingsproces gaat de bron? (zie ook blz. 123 uit je lesboek).
  2. Is Exxxpose een actie- of een belangengroep. Leg je antwoord uit.


Slide 8 - Diapositive


Actor: ambtenaren

Ook wel vierde macht genoemd!

  • Beleidsvoorbereiding en uitvoering.
  • Zij hebben vaak meer kennis en ervaring dan de minister omdat ze langer op een ministerie werken.

Slide 9 - Diapositive

Actor: media
Heeft vijf politieke functies:

  1. Informatieve functie.
  2. Een onderzoekende of agendafunctie.
  3. Een commentaarfunctie.
  4. Een spreekbuisfunctie.
  5. Een controlerende functie.

Ook wel vijfde macht genoemd!
Dit draagt bij aan meningsvorming. Daarom is het wel belangrijk dat het aanbod van de media pluriform is (=verscheiden), zodat iedere politieke mening belicht wordt! 

Slide 10 - Diapositive

Een krant besteedt een artikel aan de ontevredenheid van buurtbewoners die geluidsoverlast hebben van een pas geopende discotheek.

Hier vervullen de massamedia een:
A
Commentaarfunctie
B
Controlerende functie
C
Informatieve functie
D
Spreekbuisfunctie

Slide 11 - Quiz

Aan het werk:
Groepjes definitief maken voor PO 
(Lukt het niet zelf / doe ik het)
Samen de opdracht doorspreken en taakverdeling maken.

Slide 12 - Diapositive