Herhalen paragraaf 1

Herhalen paragraaf 1
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Herhalen paragraaf 1

Slide 1 - Diapositive

Wat is een constitutie?
A
Grondwet
B
Absoluut vorst
C
Een wetsvoorstel
D
Verkeersovertreding

Slide 2 - Quiz

Door het Continentaal Stelsel van Napoleon werd Nederland een rijk land.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Wie zien we op de afbeelding?
A
Koning Willem I
B
Stadhouder Willem V
C
Jan van Speijk
D
Michiel de Ruyter

Slide 4 - Quiz

Wat inspireerde de Belgen om in opstand te komen?
A
Boek over de Franse Revolutie
B
Televisie-serie
C
Opera
D
Tweet van Donald Trump

Slide 5 - Quiz

Waarom werden Nederland, Belgie en Luxemburg samengevoegd?
A
Omdat Willem I dat graag wilde
B
Zodat een groot en sterk land Frankrijk in de gaten kon houden
C
Omdat ze alle drie Nederlandstalig zijn
D
Dat was makkelijker met handel drijven

Slide 6 - Quiz

Zet in chronologische volgorde
1
2
3
4
Belgische Opstand
Thorbecke schrijft een nieuwe grondwet
Willem komt terug uit Engeland
Willem II wordt koning

Slide 7 - Question de remorquage

Waarom werd juist Willem I gevraagd om koning van Nederland te worden?
A
Hij was toevallig in de buurt
B
Vanwege zijn achternaam
C
Niemand anders wilde
D
Omdat hij in Engeland woonde

Slide 8 - Quiz

Wie is de man op de afbeelding?
A
Thorbecke
B
Mark Rutte
C
Koning Willem III
D
Tsaar Nicolaas II

Slide 9 - Quiz

Welk land komt de Belgen te hulp tijdens de Opstand?
A
Pruisen
B
Oostenrijk
C
Verenigde Staten
D
Frankrijk

Slide 10 - Quiz

Wat vinden de Belgen van koning Willem I?
A
Een toffe kerel
B
Supergoede koning
C
Een hele slechte koning
D
Een goede voetballer

Slide 11 - Quiz

Hoe regeert koning Willem I?
A
Hij doet alles in overleg met het parlement
B
Hij laat zijn ministers regeren
C
Hij doet niet zoveel
D
Hij regeert als een absoluut vorst

Slide 12 - Quiz

Welke Kamer is dit?
A
Eerste Kamer
B
Tweede Kamer
C
Kleedkamer Ajaks
D
Personeelskamer Dollard College

Slide 13 - Quiz

Door wie wordt Willem I in 1840 opgevolgd?
A
Mark Rutte
B
Willem III
C
Willem-Alexander
D
Willem II

Slide 14 - Quiz

In welke landen breken er in 1848 revoluties uit?
A
Nederland, Oostenrijk en Frankrijk
B
Belgie, Oostenrijk en Zweden
C
Nederland, Frankrijk en Pruisen
D
Pruisen, Oostenrijk en Frankrijk

Slide 15 - Quiz

Welke Willem zien we op de afbeelding?
A
Willem I
B
Willem II
C
Willem III
D
Dit is geen Willem

Slide 16 - Quiz

Van welke politieke stroming zijn de mannen die worden weggestuurd?
A
Socialisten
B
Populisten
C
Conservatieven
D
Liberalen

Slide 17 - Quiz

Welke politieke stroming wil minder macht voor de koning?
A
Conservatieven
B
Liberalen
C
Confessionelen
D
Socialisten

Slide 18 - Quiz

Wanneer werd de grondwet gewijzigd?
A
1840
B
1844
C
1848
D
2020

Slide 19 - Quiz

Waarom mag Thorbecke in 1848 wel de grondwet wijzigen?
A
Willem II doet afstand van de troon
B
Willem II is bang voor een revolutie in Nederland
C
Willem II is het gezeur van Thorbecke zat
D
Willem II moet toegeven van zijn vrouw

Slide 20 - Quiz

Welke wijziging stond niet in de grondwet van 1848?
A
Ministers leggen verantwoording af aan de Kamer
B
Ministers zijn verantwoordelijk voor hun afdeling
C
De rijke mannen krijgen kiesrecht
D
Ministers leggen verantwoording af aan de koning

Slide 21 - Quiz

En nu?
Leren voor de toets: paragraaf 3.1.
Verder met de folder van aardrijkskunde/Engels.

Slide 22 - Diapositive